United States or Jordan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Thans was men veilig. De aanvallers, bevreesd voor het vuur, dat nu door allen op hen gericht werd, trokken vloekend en tierend terug naar de plaats waar het kamp was geweest en waar nu nog slechts een kleine, smeulende en rookende zwarte plek de plaats aanduidde waar de tent had gestaan.

En zij vochten, de eene vloekend, de andere om genade smeekende. Toen Uilenspiegel de slagen hoorde vallen, kroop hij uit den korf, sleepte dien in een boschje, waar hij hem terugvinden kon, en keerde toen huiswaarts. En zoo is het, dat de slimmen voordeel halen uit twist en krakeel.

Iederen morgen bijna, ging hij nu kijken hoever 't met zijn moteurken stond, en wijl hij nu geen geld thuis bracht, dwong hij Pruttige Trees, elken dag met haren stootwagen vodden te gaan rondhalen in de stad ... 's Avonds moest ze 't geld, dat de opkooper haar betaalde voor de vuile lompen, aan Geerten aftellen en wanneer ze te weinig aanbracht, raasde hij vloekend en dreigend ...

En daaronder lag de wereld zoo schoon en innig van zon en van koleur, zoo vol, zoo volstrekt, machtig en heilig als het einde aller dingen. Pallieter was er van ontroerd en zei vloekend: "Hoe schoen, hoe schoen!" ... en dan ... "O dank mijnheerken God, dat gij mij op aarde hebt geblazen!"

Een paar mannen komen eindelijk het meisje te hulp de jongen wordt op zijn beenen gezet en aan den arm van zijn zuster, die hem met goede zachte woorden zoekt te paaien, gaat hij eindelijk, zonder pet, gehavend en vuil, een eind mee, maar niet verder dan tot op de brug; daar bedenkt hij zich, rukt zich met geweld los en presenteert vloekend zijn zuster, als ze hem nog langer vasthoudt, een pak slaag.

Weerbarstig bleven ze wachten, bedreunend de brug, vullend 't verlengde der straat, vloekend op Davy, die niet toegeven wou, op Moritz en Prins en de andren. Op den hoek werd gevochten. Daar hadden ze Dovid herkend en Berlijn. Woest knauwden de vuisten de koppen der onderkruipers, angstige schreeuwen doorgilden de lucht.

"Het is een brief van Mijnheer Van Loncin ..." stamelde de geveinsde Dichter met gebroken woorden. "Wacht!" hernam de Deken. "Ik zal het welhaast zien." Hij nam zijn kruismes, en sneed het er omgewonden vlas van de zegel. De leliebloemen, het wapen van Frankrijk gezien hebbend, sprong hij vloekend vooruit, en vatte de onbekende bij de baard.

Langs de havenkaden en de steenen wallen der breede rivier, in de handelswijk aan den "overkant", maar ook tot diep in het hart der oude stad, overal dreunen en rameien de overvolle sleeperskarren en scheurt het vloekend geschreeuw, het "huw!" en "hrt!" der sleepers door de lucht.

En of nu deze kalmeerende woorden beslissen, of dat de drie dreigende geweren 't hem doen, de woestelingen gaan vloekend terug, en de Boeren laten hunne geweren langzaam zakken.

Hij ergerde zich er aan; in zichzelf vloekend kwam hij terug onder de menschen, die stonden te kletsen en te lachen onder de kap van 't perron. Uit een van de gichelende groepen riep een zwarte meid, in-eens haar bovenlijf naar hem toebuigend, met een loeistem: boe!.... en ze gilde 't uit van de lol.