United States or Yemen ? Vote for the TOP Country of the Week !


"'t Regent niet meer, hoe zou het kunnen regenen? Het Christusbeeld heeft den vloek van u genomen, opdat gij zijn spoorweg zoudt kunnen dienen." De man wankelde en greep met zijn hand in de lucht. "'t Is weg. 'k Geloof, dat het weg is. Nog zooeven was het over mij, maar nu..." Weer wilde hij knielen voor donna Micaela. "Dank mij niet," zei zij. "Maar hem, hem!" en zij wees op het Christusbeeld.

Als een jongeling was hij, rank en recht, en zijn stem was als van een ridder, die uitdaagt ten strijd. Er was een vlam in zijn oogen, die fel uitschoot naar de trotsche vrouwe. "Vloek over u." Ze deinsde niet terug. Schamper lachte ze. "Wie durft mij te vloeken " en ze strekte haar hand uit, en wees naar de vijf schepen, wiegelend in de haven. "Ziet gij ze daar Mijn zijn ze."

Maar, daar hun gesprek in het oorspronkelijke den lezer niet zeer verstaanbaar zou zijn, geven wij hem daarvan de volgende vertaling: "Dat de vloek van St.

»Juist geraden!" hernam hij glimlachend. »Ik heb opgeraapt wat hij liet liggen. Ik heb dien bijnaam gemijnd met zijne voorkennis, wel een weinigje tegen zijn wil, dat is waar, want hij verbeeldde zich dat het mij onder dien nom de guerre niet goed zou kunnen gaan; hem was alles tegengeloopen, hield hij vol, omdat er als een vloek op hem lag met dien bijnaam.

O, groote koning, veroorloof uwen knechten eene gemeenschappelijke offerplaats te bouwen voor de twaalf verdeelde stammen van hun volk, een altaar voor welks trappen zij te zamen voor u kunnen bidden, een huis in hetwelk zij gemeenschappelijk hunne feestdagen kunnen vieren. Voor deze gunst zullen wij de genade onzes Heeren over uw hoofd, en zijn vloek over uwe vijanden afsmeeken."

Een geduchte vloek ontsnapte aan de lippen van den schipper. De premie van tweehonderd pond ging hem ontsnappen. Hij zag Fogg aan. Fogg was dood bedaard. Nochtans stond zijn gansche fortuin thans op het spel. Op dat oogenblik toch zag men eene lange zwarte schoorsteen, waaruit een rookwolk zich ontwikkelde, boven den waterspiegel.

Doch Legree sloot zijne deur en zette een stoel daartegen; hij plaatste een nachtlicht bij het hoofdeinde van zijn bed en legde zijne pistolen daarbij. Hij bezichtigde de sluitingen der vensters, zwoer toen met een vloek, "dat hij niet om den duivel en al zijne engelen gaf!" en ging slapen. Hij sliep, want hij was moede hij sliep gerust.

Maar dit was niet de bedoeling van den graaf. Met luider stem gelastte hij haar om te eten en toen zij ronduit weigerde, dit te doen, zeggend, dat zij niets wilde gebruiken, alvorens haar echtgenoot hiertoe ook weer in staat was, liet de woesteling zich zoodanig door zijne woede overmeesteren, dat hij haar met een ruwen vloek in het gezicht sloeg.

"Dat is zelfs zeer waarschijnlijk.... Dat bespaart ons de moeite, dunkt me." "Welnu, Kaap Matifou, gij den eenen en ik den anderen. Dan hebben wij ze beiden." Maar Sarcany was stil blijven staan.... Hij had iets gehoord ... en wilde niet herkend worden.... Plotseling ontsnapte een ijselijke vloek aan zijne lippen.

Wee mij! de vloek mijner moeder drukt mij zwaar op 't hoofd, nu ik door mijn eigen zoon, voor wiens welzijn ik zooveel heb uitgestaan, veracht en verstooten worde."