United States or Caribbean Netherlands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij zou haar oude leege schuur uitschilderen, den zoogenaamden stal, en wat daarachter en op zij lag, en van de opbrengst van het stuk want rijke menschen, gek genoeg, betaalden dikwijls groote sommen voor zoo'n ding zou mogelijk wel een nieuwe koe bekostigd kunnen worden.... Eerst dacht ze dat ze beetgenomen werd, het oude, veel geplaagde vrouwtje, een koe voor een portret van al dien ouden rommel daar, het was te wonderlijk!... maar ten slotte gaf ze zich toch aan de illusie, begon den schilder te vertrouwen, ging, in-eens toen, huilen van plezier.... Een koe..., een nieuwe koe!... Ze zou mijnheer dan nou maar vast bedanken....

Moeder in die slee, Moeder in die armelijke bedstede op een leeg bovenhuis, Grootvader, die waardige man, met beschreide oogen bij het gebroken leven van zijn dochter het zijn tooneeltjes die ik zou kunnen uitschilderen. Moeder vertelde zoo, dat we alles voor ons zagen. En ik weet nog heel goed, dat ze zonder eenige aarzeling uitdrukkingen als »hoogst zwanger" gebruikte.

En wat zou dat dan zijn? vroeg Ermino. Laat de Hoffelijkheid uitschilderen, antwoordde Guiglielmo.

Als proeve van een dergelijk lied, moge den lezer het volgende dienen, waarvan echter het beloop eenigzins anders is, waarin de zusters het lot van den broeder profetisch vooruitzien, en al het verschrikkelijke van den slag, als zagen zij alles in een droombeeld, uitschilderen. Ik moet nog opmerken, dat de in dit vers voorkomende "mees" dikwijls de profetische vogel der Letten is.

«Zie eens, hoe verwonderlijk liefelijk God haar gemaakt heeftzeide zij. «Ik wil haar met den appeltak tegelijk uitschilderen; dezen vinden allen zoo onbeschrijfelijk schoon, maar ook deze arme bloem heeft op een andere wijze even veel van den goeden God gekregen; hoe verschillend zij ook wezen mogen, toch zijn zij beiden kinderen in het rijk der schoonheid

Frits had een mand spenage gesneden, die hy haar liet zien. "Ja, zei ze, Frits, die spenage staat my niet aan. "Zy is evenwel, in uw Tuin gegroeit, Mejuffrouw." "Al was zy in myn Zydkamer gegroeit, Frits, nog staat zy my niet aan." Ik wou, Letje, dat ik haar toen had kunnen uitschilderen; maar nog liever dat gy haar toen gezien hadt!

Kijk! dan zet ik het venster open en loop een uurtje langs de dokken, en 'k zie nog het snoezig lachje van Julia in het deurgat, gelijk een vol gestreel van de zomerzon. Haar man heet Firmien. Ik ben nu aan een doek bezig dat ik voor hem bestem: het verbeeldt, in een krans van voorjaarsbloemen, het liefdegedoe van twee aschblauwe rasduiven. Ik moet zijne twee bestvliegers uitschilderen, zegt hij.