Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 4 juni 2025
De schoenmaker, die te voren fraai aan zijn brood kwam en reeds door spaarzaamheid zijn eigen huis bezat, deed op zekeren dag, terwijl Van Roosemael met de koorts te bed lag, zijne twee vensters voor aan de straat uitwerpen en een groot uitstekend winkelraam in de plaats stellen. Op de ruiten liet hij in roode verf allerlei Fransche berichten schilderen.
Plotseling verhief hij zijne stem met zooveel kracht, dat wij hem allen te gelijk om hulp hoorden roepen. »Help! Help! Moord! Moord!» gilde hij. »En brand!» voegde de schoenmaker er bij. »Wacht maar, mijn jongen, wij zullen den brand wel blusschen. Een, twee hoepla!» Flap! Daar sloeg de kaar om en ging te water. Och, och, wat lachte die schoenmaker.
En ... als dan de jonge mevrouw den prys te hoog vindt 't is 'n jachthond op 'n kussen, weetje? dan breng je-n-'t weerom aan juffrouw Lins, en je zegt dat het te duur is. En dan moet je zoo goed wezen eens te gaan by m'n schoenmaker.
"Nou zie je wat d'r hurrie geholpe heit," praatte de schoenmaker voortwerkend: "as je de h
In het eerst hoorde hij niet, maar eindelijk werd hij wakker en wreef zich de oogen uit. "Oom Matthijs," vroeg ik, "waar is de schoenmaker Linsener?" "Jongen," zeide mijn oom, want hij noemt mij nog altijd "jongen," ongeveer met evenveel recht als de oude buurman Haman altijd nog zijn twee-en-twintigjarig bij-de-hand's vóórpaard "het veulen" noemt; "Jongen, begint ge al weder?
Ze waren er zeker van, dat iedereen, die zijn handen had geoefend om het mes te gebruiken, ook later gemakkelijker den smidshamer of het werktuig van den schoenmaker zou hanteeren. Maar hij, die zijn handen niet aan 't werk gewende, terwijl hij jong was, zou misschien nooit ontdekken, dat hij in zijn handen een werktuig bezat, dat alle anderen te boven ging.
Toen begon de oude rood verglaasde pot, die aan mijn hoofdeinde stond, over zijn geheel breed en blank gezicht te lachen, en door de kamer liepen kapotte laarzen, die staken allen de tong uit, en schoenmaker Linsener pakte ze beet, de ééne na de andere, en reeg ze allen te zamen en hing ze aan mijn venster in plaats van gordijnen.
Het was mijnheer Benoît, de eigenaar van het hotel garni, waarin Rodolphe woonde; mijnheer Benoît was tegelijkertijd de huisheer, de schoenmaker en woekeraar voor zijn huurders; dien ochtend rook mijnheer Benoît sterk naar slechten brandewijn en vervallen rekeningen. Ook hij had een ledigen zak in zijn hand.
O jé, als de schoenmaker eens wist dat ik hier in zijne kaar zat, wat zou dan wel mijn einde zijn? De dood niet, natuurlijk, maar enfin, 't doet er niet toe, want hij weet er niets van, en bovendien, zoodra ik hem hoor naderen, ga ik er van door! Als een windhond, hoor! Wat zal Cor Valk loopen zoeken! Maar vinden, ho maar, geen sprake van! Al zocht hij een heelen dag!»
Eerst had Bob niet bijzonder veel lust, om naar de markt te gaan, omdat de schoenmaker daar wel wat te dichtbij woonde voor het mooi, naar hij zeide. Maar toen wij er inderdaad eenige jongens van onze klasse aantroffen, was hij het gevaar, dat hij van den kant van den schoenmaker liep, weldra geheel vergeten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek