Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 mei 2025
TITUS. Veel goede morgens, uwe majesteit; Vorstin, ook u recht vele en even goede: Ik zeide een jachtgroet aan uw hoogheid toe. SATURNINUS. En lustig hebt gij dien geblazen, heer, Voor jonggehuwde vrouwtjes zelfs wat vroeg. BASSIANUS. Lavinia, wat zegt gij? LAVINIA. Ik zeg van neen; Klaar wakker was ik reeds twee uur en meer.
Waarlijk, Andronicus, Goed strookt dit doen met uw gepoch, dat ik Het keizerschap aan u heb afgebedeld. TITUS. Ontzettend! welk een grof verwijt is dit? SATURNINUS. Maar ga vrij voort; geef 't wankelmoedig ding Aan hem, die daar zijn zwaard voor haar gezwaaid heeft.
Lex agraria van 111, waarbij zoowel de ager assignatus als de ager occupatus tot privaateigendom werd verklaard, zoodat de vroegere possessores nu niets meer te vreezen hadden. Lex Appuleia agraria van 103 en Lex Appuleia agraria van 100, van den volkstribuun L. Appuleius Saturninus.
SATURNINUS. Wat! heeft de hemel meer dan ééne zon? LUCIUS. Waar dient het toe, dat gij uzelf de zon noemt? MARCUS. Gij Rome's keizer, en gij neef, laat af; Wat u verdeelt, moet kalm besproken worden. Het gastmaal is gereed, dat zorgvol Titus Heeft aangericht tot goed en eervol einde, Voor Rome's eendracht, vrede, vriendschap, heil; Treedt, bid ik, nader, neemt uw plaatsen in.
TITUS. Verraders, weg! Waar is des keizers wacht? Verraad, mijn vorst! Lavinia wordt geroofd! SATURNINUS. Geroofd! door wien? BASSIANUS. Door hem, die stout en luid Haar opeischt, neemt, als zijn verloofde bruid. MUCIUS. Mijn broeders, helpt om haar van hier te voeren, En ik bewaak de deur hier met mijn zwaard. TITUS. Volg mij, mijn vorst, ik breng welras haar weer.
SATURNINUS. Eed'le Patriciërs, hoeders van mijn recht, Verdedigt met de waap'nen mijne zaak; En medeburgers, volgers, echt en trouw, Bepleit mijn erflijke aanspraak met uw zwaarden. 'k Ben de eerstgeboren zoon van hem, die 't laatst Den Keizersdiadeem van Rome droeg; Laat dus mijns vaders eer in mij herleven, En krenkt mijn voorrang niet door dezen hoon.
SATURNINUS. Een schoone vrouw, en van de kleur, die mij Haar kiezen deed, stond weer de keus mij vrij! Verdrijf, vorstin, die wolk van uw gelaat; Wat wiss'ling u het lot des oorlogs bracht, Uw komst in Rome brengt u hoon noch spot; Neen, als vorstin zult ge u bejegend zien.
Aan 't werk nu, komt! Gij, Marcus, goede schutter, Ad Jovem, die voor u; hier ad Apollinem; Ad Martem, die voor mij; Hier, knaap, aan Pallas; aan Mercurius deze; Deze aan Saturnus, vriend, niet Saturninus, Want dat waar' zeker schieten in den wind. Vlug, knaap; gij Marcus, schiet, zoodra ik 't zeg. Nu, op mijn woord, ik schreef niet te vergeefs. En liet geen enk'len god onaangeroepen.
SATURNINUS. Mijn vrienden, die mijn recht zoo ijv'rig voorstondt, Ik dank u allen en ontsla u hier, En laat mij en mijn zaak dus aan de gunst En liefde van mijn vaderland thans over. Wees, Rome, zoo gerecht en goed voor mij, Als ik op u vertrouw en u bemin. Ontsluit de poort en laat mij binnen. BASSIANUS. Mij armen mededinger, ook, tribunen. HOPMAN. Romeinen, plaats!
Mijn voorrang. In het Engelsch staat age, waarmede Saturninus bedoelt, dat hij ouder is dan Bassianus en naar het recht van eerstgeboorte den voorrang moet hebben.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek