Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 juli 2025
Hij beproefde het zonder krenkende zinspelingen en deed zijn best om, daartoe, de behendige schranderheid te gebruiken, welke hij bij Sörge zoo dikwijls bewonderd had en waarvan hij, al wist hij het klaar, het zekere slachtoffer was geworden.
De draf deed matelijk haar lichaam naar voren wiegen. Ze hield niet op Sörge van terzijde te bezien. Hij mende los. Zijne hand lag op de gladde maan van zijn paard. Ik hoopte niet dat ik zou toegelaten worden het u te zeggen, juffrouw Francine .... Doe niet wat ge niet hoopt te doen. Inderdaad. Ik ben uw dienaar.
Haar dicht-gesloten mond kleurde daar gelijk een barstende vrucht. Sörge hernam: Men zal niet veel aanvangen, eer ik weg ben. Maar nauw ontsnapt, word ik hier de oorzaak van groot misbaar. Ik bid u wel te willen zorgen voor eenige belangen van stoffelijken aard, die ik zelf niet gansch kon beredderen.
Ge kompromitteert u. Sörge zegt.... Pro-ost! Dankje.... Sörge zegt dat Milly ons te goed is. Zeer vriendelijk, maar toch niet onpartijdig, als men weet dat hij zich, zoo lange jaren, met dát barzoodje heeft kunnen ophouden. Sörge is nu een mooi standbeeld zonder voetstuk. De waarheid is, dat hij ons schandelijk bedrogen heeft. Ja.... en nu nóg! lachte Verlat.
Hoe zoude zij zich houden tegenover Sörge, en vooral want de ijdelheid is sterker dan de weetlust hoe zoude haar gedrag zijn jegens elk van de velen, die hunne verwaandheid streelden met de hoop, voor een tijdje maar, door haar opgemerkt en lief bejegend te worden? Ze besloot eindelijk vóor het voetlicht van hare talrijke aanbidders te verschijnen.
Ernest beweerde dat topazen over het algemeen niet zoo zeldzaam waren. Hij verkoos de roosvormige robijnen, die er rond waren gelegd. 't Zijn, vertelde Milly, robijnen uit een zilveren hartje dat Sörge mij in Nizza gaf. Zoo! .... Ze dronk een slokje mineraalwater en proestte 't uit in haar servet.
Sinds het huwelijk van Francine, zag men hem minder op de Regentielaan, hetgeen niet wegnam dat hij zichzelf als een van Verlat's beste vrienden aanschouwde. Zeg eens, begon hij, ik heb verleden week met Sörge over het oranjeriefeestje bij la Milly gesproken. Hij trok zijne schouders op, maar 't liep hem maar half-goed af. Er zal nog wat raars met die twee gebeuren, geloof me. Ik geloof u niet.
Dezen middag nog drukte mijne vrouw het verlangen uit u van dichterbij te naderen. Ik feliciteer mij, dat zich zoo snel het toeval met de bewilliging van hare begeerte heeft gelast. Ernest, kerel, ik ben u dankbaar. Het gesprek dat met zoo moeilijke bewoordingen werd ingezet, liep groot gevaar gansch dood te vallen. Maar Sörge hielp het op de hoogte en slaagde daarin met sierlijke elegantie.
Ze deed het gretig, in een vloed van woorden, en ze paaide alzoo binnen haar dat iets, wat van in den morgen Sörge er zien woelen had. Ze riep, tegen Sörge en tegen haarzelve, den lof uit van Simon en prees uitbundig zijne fijne manieren, zijn smaak, zijn kunstzin, zijne goedheid.
Sörge en Verlat groetten, ontdeden zich van hoed en mantel, en, al zich neerzettend, trokken langzaam hunne handschoenen uit. Ze bestelden dadelijk hun eetmaal, hetgeen niet zoo gauw afliep, want Sörge was zeer moeilijk gestemd en wilde de keuze van zijn spijzen met uiterste gezochtheid regelen. Ze dronken een lichten wijn. Docht u niet, vroeg Rupert, dat de stad er zoo feestzinnig uitzag?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek