Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juli 2025
In Disdirs oogen fonkelde nog de nijd, en zijne lippen waren scherp gesloten; maar Robrecht en Burchard meenden te mogen denken dat deze zure uitdrukking slechts het gevolg was van het geweld dat hij op zijn hart deed, om zoo beslissend eene lange hoop te verzaken. Zij mistrouwden zijne oprechtheid niet en prezen hem integendeel om zijn moedig besluit.
Het was een oogenblik van onuitsprekelijken angst ... Het hoofd van het arme meisje hing ontzenuwd op haren schouder; hare oogen waren gesloten, de bleekheid des doods ontverfde haar gelaat. Op de wangen aller omstanders vloeiden tranen van deernis. Robrecht, door smart en medelijden weggerukt, legde zijne lippen op het bleeke voorhoofd zijner verloofde.
Hij geleidde de kruisvaarders door Duitschland, Hongarije en bereikte met hen de stad Konstantinopel, waar zich Robrecht, graaf van Vlaanderen, Boudewijn van Henegouwen en talrijke edellieden, die over zee gekomen waren, bij het Christenleger voegden en naar Azië overstaken.
Ik zou met u leven, u nimmer verlaten, uwe vreugde, uwe smarten deelen, nevens uwe zijde staan tot aan het graf? Ach, ik kan aan zooveel geluk niet gelooven!" Robrecht nam de juweeldoos uit zijne tasch, opende ze en reikte de jonkvrouw het kostbare halssnoer. "Dakerlia", zeide hij, "gij weet tot welk einde mijne moeder op haar sterfbed mij dit juweel heeft geschonken. Aanvaard het uit mijne hand."
Als gebuurkind en vriendinne was Dakerlia, om zoo te zeggen, met Robrechts zuster opgevoed geworden. Van hare eerste stappen in het leven had zij Robrecht aan hare zijde gezien, en zij was allengs gewoon geworden hem als eenen broeder te beschouwen. Ofschoon eenige jaren ouder dan zij, had hij gedurende hare kindsheid wel dikwijls hare spelen gedeeld.
De kastelein Hacket en Robrecht Sneloghe deden al hunne beschikbare mannen in de kapelle te zamen komen; en, terwijl zij immer de doffe galmen van den geheimzinnigen arbeid des vijands afluisterden, hielden zij zich gereed om hem duchtig te onthalen, indien hij er werkelijk in gelukte eene opening in den muur te maken. Den ganschen nacht hoorden zij den slag der hamers.
Terwijl Witta bij zijne eerste woorden reeds in tranen van medelijden losborst, poogde hij haar te doen begrijpen dat zij allen met verduldigheid zich onderwerpen moesten aan den onverbiddelijken plicht. Hij, Robrecht, mocht nu met Dakerlia niet meer spreken. Jonkver Wulf zou dit zelve wel erkennen. Witta zou haar gaan zeggen dat alle hoop was verloren.
Noodlottige gedachte die ons deed besluiten de hulp te vragen van iemand wien de sterkmoedigheid ontbreekt om den reddenden slag te wagen!" "Alles wil ik wagen, alles wil ik opofferen voor de vrijheid", sprak Robrecht, fier het hoofd verheffende, "Met blijdschap zou ik sterven voor Kerlingaland ... in den oorlog, tegen gewapende vijanden, als een man, als een ridder.
Ik denk dat onze jonkvrouw liever mher Ghijselbrecht tot bruidegom zou hebben en dat zij nu de hand van Robrecht Sneloghe slechts aanvaardt omdat hare ouders het zoo willen; want ziet gij niet...." "Spreek stiller nog!" onderbrak de oude vrouw, met een gebaar van angst. "Indien men u hoorde, ongelukkige!" "Meent gij dat ik mij misgrijp? Wat denkt gij er over, Amelborga?"
In den Steen van mijnen oom Hacket zijn kamers voor u en voor uwe dienstmeiden in gereedheid gebracht. De proost van St-Donaas zal u onder zijne bescherming nemen en u dagelijks meer dan eens bezoeken." De beide jonkvrouwen zagen hem met verschriktheid aan. "Het wordt dus oorlog?" vroeg Dakerlia. "Het geheim van den Hoop moet elkeen heilig zijn, die het kent", antwoordde Robrecht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek