United States or Bangladesh ? Vote for the TOP Country of the Week !


Heeft een jong meisje de onvoorzigtigheid zich met hem te engageren, hare vriendinnetjes maken toespelingen op minnarijen, daar nog geen eind aan te zien is, of verheugen zich, dat zij haar nog zoo heel gaauw niet zullen verliezen. Dit gaat zelfs verder: de persoon, aan den proponent verbonden, wordt zelve een voorwerp van deernis, even als de ongelukkige, aan wien zij zich opoffert.

Ja, ja, zoo werd mij gezegd, dat was dat grappige boek van Oome Bernard, van Bernard Gewin, die het als student of proponent geschreven had en die nu reeds lang een deftig predikant was. De schrijver was wel niet rechtstreeks van de familie, maar het scheelde toch niet veel, want hij was de zwager van eene tante van mij.

Tot proponent aangesteld en de predikbeurten somtijds waarnemende, was hij gevangengezet, en later, wegens herhaling, gebannen: sinds had hij lang op de grenzen gezworven, tot hij eindelijk te Mulheim een briefje kreeg van zekeren Van Dyk, die hem verzocht te Tiel te komen, ten einde aldaar over de belangen der Remonstranten te handelen.

"Wat wildet gij zeggen," vroeg de Prins aan Van Kinschot, zoodra zij alleen waren. "Dat, zoo iemand iets verklapt, het geenszins een der Raadsheeren zijn zal; maar veeleer de brenger dezer brieven, die aan zijn kerker ontsnapt is." "Ontsnapt!.... niet mogelijk." "Ik heb hem duidelijk herkend op de bijeenkomst van dezen nacht, evenals de Remonstrantsche Proponent Raesfelt.

Is de proponent treurig of ernstig: "hij zal zich nog doodkniezen," of "wie wil met zoo'n stijven Klaas te doen hebben?" Is hij vrolijk en opgeruimd: "hij trekt het zich niet veel aan; 't kan hem niet schelen; hij is nog ongeschikt voor zijne betrekking." Maar waartoe al de voorregten, aan dezen stand verbonden, opgesomd!

"Wel, zou Tante zeggen, wel kyk eens aan Nicht, daar moest de Tante van je Vriendin juist te Rotterdam wonen, daar moest zy ziek worden; daar moest Juffrouw Willis met haar Dochter by haar komen; daar moest een Buurman wezen, die een klein soupeetje gaf, en daar moest juist de Proponent Smit in de Stad zyn, om er dien avond by te wezen; Wat is dat groot!" dus verre Tante. En wat zegt Nicht?

Mietje Lansbroek heeft toen gezegd, dat ze het al te akelig vond, wanneer menheer Kippelaan zijn hart aan zoo'n halsbrekenden toer zou wagen, en heeft hem toen haar "allerliefsten rug" toegedraaid natuurlijk, volgens Kippelaan, een weinig verlegen over zijn aanzoek en de geestigheid van haar eigen antwoord. 't Was waar ook, hij had zoo iets hooren spreken van een remonstrantsch proponent.

"Wat nu!" vroeg Joan: "is de dochter van onzen vriendelijken huisbaas een Remonstrantinnetje, en verliefd op een gevangene, die daarenboven een Remonstrantsche proponent is! Nu waarlijk! dan moet ik zeggen, dat de Justitie wel dubbel waakzaam worden mag. En is die liefde zoo plotseling in den kerker ontstaan?" "Om u de waarheid te zeggen, neen.