Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Volgens den Gelderschen Volksalm. van 1837, bl. 106 plaatsten de jongelieden op Pinksterdag een strooman, potsierlijk uitgedost, op een kar en reden het dorp rond. 's Nachts krijgen de meisjes, "die zich zoo taai als leêr houden, of van vrijers veranderen als van handschoenen", dien strooman op het dak; soms wordt hij ook aan den hooiberg bevestigd.
Bij zijn komst in de klasse werd het kind met hoongelach en lorre, kopjekrauwen, klontjesdief begroet en de leeraar .... lachte. De arme Jacques leed. Geheel ontdaan kwam hij thuis en snikte het uit. Van den leeraar had hij het niet kunnen dragen. De leeraar werd daarover onderhouden en bood zijn verontschuldiging aan door te zeggen: "Nu ja, de jongen had er zóó potsierlijk uitgezien."
"En wie zegt u, dat ik mij die zegepraal ten doel heb gesteld? Oneer zou ik er in geen geval mede inleggen. Ook vind ik u potsierlijk. Zijn dan uwe eigen overwinningen altijd evenredig geweest aan de goede meening die gij van uzelven koestert? Om dat te kunnen gelooven, zou ik minder goed op de hoogte moeten zijn van uwe geschiedenis."
Hij wrong zich in allerlei bochten en spartelde geducht, om los te komen, maar tevergeefs; de dwerg hield hem stevig vast. 't Was een potsierlijk schouwspel!
Door zijne gezelligheid en vroolijkheid, door de ongedurigheid die hem eigen is, door zijn nimmer ophoudenden lust tot beweging, als ook door zijn potsierlijk aapachtig voorkomen, verschaft hij allen, die hem nagaan, een aangenaam tijdverdrijf. Hij is zeer gesteld op liefkoozingen, maar toont toch nimmer een groote gehechtheid.
Waarom heeft u zich zoo mooi gemaakt, mijnheer Anselmus? Wilt u er met ons wat over babbelen, hoe grootmoeder met haar achterste het ei stuk drukte en de jonker een kwak op zijn Zondagsche vestje kreeg? Kent u de nieuwe aria al van buiten, die u van papa Starmatz geleerd hebt, mijnheer Anselmus? Wat ziet u er potsierlijk uit met uw glazen pruik en uw bordpapieren kaplaarzen.
De mensch vindt behagen in uitspanningen die vergefelijk potsierlijk waren, indien zij er niet toe bijdroegen hem in zijne aangeboren woestheid te stijven. Aldus de hartstogt der vorsten en der groote heeren voor het jagtvermaak.
Meer dood dan levend bracht deze zich, struikelend en strompelend, bijna zonder te weten wat hij deed, in veiligheid, en toen hij ver genoeg van den beer verwijderd was, om hem niet meer te vreezen, zette hij het op een loopen, zoo snel zijne voeten hem konden dragen. Loopen loopen, dat hij deed, o, 't was potsierlijk. Wij schaterden van het lachen, maar hij keek niet op of om.
Mevrouw Verlat drukte op zijn arm, wilde toch maar het pakje en den gelukwensch aanvaarden. Ernest gaf niet toe, vond het potsierlijk en onbetamelijk, werd bijna kwaad in dat vlaagje zenuwachtigheid. Ko kreeg van Vere een zoeten blik, kromde zijn hoogen rug, stak zijn pakje in een hoek en ging, met gedweeën eerbied, de breede deur van de eetzaal openen. Het was eene heerlijke intrede.
Velen onzer zou het afdalen langs zulk een weg een onmogelijkheid zijn, deze kinderen komen als katten zoo vlug naar beneden. Zij springen, met naar weerszijden wijd uitgestrekte beenen, meer dan zij loopen. Van daar krijgen die beenen waarschijnlijk zoo'n raren leelijken vorm en loopen zij zoo potsierlijk als zij zich op den gewonen, rechten weg bewegen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek