Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juli 2025
Dank zij deze maatregelen van voorzigtigheid, kwam 's avonds het gezelschap van Polsbroekerwoud, zeer luchtig en vrolijk gestemd, voor de deur van het Maintzer Theater, en offerde met de grootste bereidwilligheid een aanzienlijk aantal Thalers, om door vele kelen den lof van Gutenberg te hooren uitgalmen.
Torteltak was spoedig in de gelegenheid, de bezorgde kippenvriendin mede te deelen, dat de gebraden schepsels geene nieuwe kneuzingen aan poot of vleugels hadden bekomen. Polsbroekerwoud had, zoodra hij het ongeluk bemerkt had, zijn ezel aangespoord om naar het logement terug te keeren, en kwam nu in draf terug, met een potje Spijkerbalsem en een fleschje Hofmansdroppels in de hand.
In den namiddag ontmoette hij, op de schipbrug, Polsbroekerwoud en de andere vrienden, die van Coblenz waren teruggekeerd, en gezamenlijk reisden zij nu den volgenden dag naar Nijmegen. Hetwelk het laatste is, behalve voor degenen, die al vroeger de lectuur dezer reisontmoetingen hebben afgebroken.
"Mag ik vragen," zei Polsbroekerwoud, wiens verbazing hoe langer hoe grooter werd, "mag ik vragen, waaraan wij de eer..." "Accoord," antwoordde de Commissaris; "maar niemand heeft hier iets te vragen dan ik."
Het is ongelukkigerwijze verloren geraakt, maar men kan er onderscheidene fragmenten van vinden bij dichters, die vóór Holstaff geschreven hebben, en dus niet gezegd kunnen worden, hem te hebben bestolen. Waarin de reizigers vele merkwaardige plaatsen bezoeken onder veelsoortige gewaarwordingen, en waarin Polsbroekerwoud en de Amsterdamsche familie in zeer onaangename positiën voorkomen.
Dit was de derde ramp, die Pols op zijn vijfendertigsten verjaardag trof. De vrienden betuigden hem, zoo hartelijk zij vermogten, hunne deelneming; maar Pols bleef stil en zeide: "Niemand weet, hoeveel ik aan Mijntje verlies; zij was geen gewone meid, maar als het ware eene tweede moeder." De Kellner kwam annonceren, dat het diner, door den Heer Polsbroekerwoud besteld, gereed was.
Zonder zich echter in eenig opzigt met deze of dergelijke bespiegelingen in te laten, bestelden Polsbroekerwoud en zijne vrienden, op den top van den Johannisberg gekomen, eene flesch goudlak, en zonder zich aan den onmatig hoogen prijs van deze genieting te ergeren, savoureerden zij den eêlsten en beroemdsten van alle Rijnsche wijnen.
Deze inleiding schijnt nergens toe te dienen, dan om op eene geschikte manier te kunnen meêdeelen, dat Polsbroekerwoud en zijne vrienden, toen zij te Frankfort den morgen van hun vertrek ten zes ure opstonden, met het plan om in een open rijtuig naar Heidelberg te rijden, hierin verhinderd werden, daar een vrij koude, fijne regen neêrdaalde, en de lucht die eigenaardige kleur en substantie had, die zelfs den weinig gevorderden weerkundige doet vermoeden, dat het "een regentje voor den geheelen dag" zal wezen.
Geeft de redenen op, waarom voor Polsbroekerwoud en zijne vrienden het verblijf te Bern geene aangename souvenirs heeft achtergelaten. De geruchten, die 's morgens te Interlaken in omloop waren geweest, dat Miss Cleford door Lurgrave en Van Aartheim was geschaakt, waren wat den laatsten betreft misschien gegrond, maar de eerste was er tot zijne groote wanhoop volkomen onschuldig aan.
Evenwel zonder voetbankje wist hij toch zijn evenwicht te houden, en daarom te gemakkelijker, daar hij zijn linkerarm om de achterleuning van zijn mahonijhouten stoel had geslagen. In die positie dacht het aan Joachim Polsbroekerwoud goed, tot de verzamelde Heeren te zeggen: "En zoo gaan wij dan morgen op reis."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek