Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juni 2025
"Kom, kom, kleine meid," zei pa, "Julia zal wel gauw terugkomen; ze vond het zeker frisscher op het dak dan op den zolder. Ze zal zoo gauw geen ongeluk krijgen." "Och ja, maar ... paatje, Hans en Bob zijn er ook niet." "Hans en Bob zijn toch geen poesjes, die zijn toch niet op het dak geklauterd? Kom, kom, vrouwtje, maak je toch zoo angstig niet. De bengels zullen zich zeker verstopt hebben."
"Ja, 't is geen kleinigheid," lachte Nel, de verrukte gezichtjes ziende. "Zal ik hem voorlezen?" vroeg Door. "Begin maar gauw," riep Hans. "Ook wat er buiten opstaat," vond Bob. "Aan Hans en Bob, gelogeerd bij hun oom, mijnheer Van Brakel te Westerkerke. "Lieve kaboutertjes. De kusjes heb ik gegeven." "Van Paatje," zei Bob. "Ma," las Door, "op elken wang een.
"Kijk eens," en Leni kwam met in iedere hand een grappig klein eitje, "is dat nu niet lief van mijn krielkipjes Snoetie en Toetie? Ze zijn dadelijk aan het leggen gegaan, toen ze hoorden, dat jullie zoo gevallen waart." Bob en Hans lachten door hun tranen heen. "Als ik wist, dat Toetie of Moetie".... "Snoetie, paatje." "Och, jij ook met je namen altijd.
"Je moet weer naar huis gaan, Effie, en moeder zeggen waar je geweest bent." "Dat kan ik niet, paatje, ik heb maar één schoen aan," antwoordde zij pruilend. "Maar je bent toch op één schoen gekomen." "Ja, paatje, maar ik wou graag komen, en ik wil niet graag weer naar huis gaan. Vertel mij hoe u verdronken is."
"Ga weg; itte hou niet van Paatje," en Demi zocht bescherming achter de japon zijner moeder. Maar zelfs deze schuilplaats bleek onvoldoende, want hij werd aan den vijand overgeleverd, met een: "Wees zacht met hem, John," dat den schuldige den schrik om het hart deed slaan, want als Mama zich van hem afwendde, was de oordeelsdag nabij.
"Ja, lieve." "Dan zal ik u een kus geven, paatje, omdat u gewonnen hebt," en zij voegde de daad bij het woord. Geoffrey verliet het kamertje met een verzacht hart, en ging alleen zijn middagmaal gebruiken.
"Neen, paatje maar " "Maar wat, lieve?" "Anne heeft me gezegd dat ik het niet mocht vertellen." "Stoor je er maar niet aan wat Anne gezegd heeft, ik zeg je dat je het wel vertellen moet." "Anne heeft nog een heelen tijd staan praten met den man, die de kaartjes aannam." "O, zoo!" zeide hij.
"O, paatje, paatje!" riep het kind, zoodra zij hem zag, en zich losworstelende om in zijn armen te snellen, "u is niet dood, is u wel, paatje?" "Neen, mijn lieve, neen," antwoordde haar vader, haar kussende. "Waarom dacht je dat ik dood was? Heeft je moeder je niet gezegd dat ik in veiligheid ben?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek