Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juni 2025
Dus valt er op het oogenblik niets te doen? Volstrekt niets, zeide Ortik. Zorgt gij maar dat ge een weinig vóór ons te Perm komt, zóó dat ge ons daar af kunt wachten. Dat blijft afgesproken, antwoordde Rostof. De booswichten gingen hierna uiteen zonder dat iemand van hen vermoedde dat hun gesprek was afgeluisterd.
Wij moeten eerst zien dat wij van die wolven afkomen, antwoordde Sergius. Wij zullen ze wel de baas zijn! zeide Cascabel. Jawel, als er maar niet al te veel zijn, meende Ortik. En als wij kruit en lood genoeg in voorraad hebben, voegde Kirschef er bij. Niet langer gepraat! Vuur! riep Sergius.
Niemand mag er iets van merken dat wij samen gesproken hebben. Ge hebt volkomen gelijk, Kwakkeltje, ge hebt gelijk, zooals altijd. Maar mijnheer Cascabel, pas vooral op dat ge aan Ortik en aan Kirschef niets merken laat.... Dat zal niet gemakkelijk gaan, maar wees maar niet ongerust, ik zal hen honing om den mond smeren. Zulke bandieten!
Bij deze gelegenheid merkten Ortik en Kirschef evenwel duidelijk dat Sergius niet veel lust had om zich te Berezow te vertoonen en dit versterkte hen in hun vermoeden dat deze rus er op uit was om zonder dat iemand hem in de gaten kreeg in Rusland te komen. In de tweede week van Juni wijzigden zij hunne richting dus zooveel als noodig was om ten Noorden van de afdeeling Berezow om te trekken.
Op dit oogenblik valt er niets te beginnen, maar zoodra de ergste koude voorbij is en vóór dat het gaat dooien moeten wij ons gereed houden voor de vlucht. Na dit gezegd te hebben, nam Ortik afscheid. Ja, herhaalde Sergius, wij zullen ons gereed moeten houden. Daar zal wel niet aan ontbreken, zeide Cascabel, maar hoe komen wij weg? De drommel moge mij halen als ik het weet.
Cascabel nam nu meestal aan het gesprek deel, maar er werd niets voorgesteld dat bruikbaar was. Er zou toch misschien eene manier wezen waarover wij nog niet gedacht hebben, zeide Ortik op zekeren dag. Hoe dan? vroeg Sergius. Wanneer het open water is, antwoordde de ander, gebeurt het niet zelden dat er walvischvaarders langs de Liakhoff-eilanden komen varen.
Sergius had aan Ortik overgebracht hoe Cascabel over het achterlaten van de Schoone Zwerfster dacht: Maar om uwen wagen medetenemen, hervatte de matroos, die hier bijzonder veel aan scheen te hechten, moet gij een stel rendieren hebben. Ongetwijfeld. Denkt gij dat Tchou-Tchouk u daaraan helpen zal? Ik denk dat mijnheer Cascabel een middel zal vinden om er hem toe te dwingen.
Weet gij een middel om weg te komen? vroeg Ortik nieuwsgierig. Voor het oogenblik niet, antwoordde Sergius. Intusschen ligt het natuurlijk op onzen weg dat wij elkander trachten te helpen. Gij moet veel uitgestaan hebben mijne vrienden, en indien wij u met iets van dienst kunnen zijn.... De twee matrozen betuigden hiervoor hunnen dank, maar toonden zich toch niet bijzonder toeschietelijk.
Sergius wilde de eerste wacht doen, maar Ortik kwam hem voor door te vragen: Vindt gij het goed dat wij samen, Kirschef en ik, dezen nacht beginnen? Zooals gij wilt, antwoordde Sergius. Te middernacht zullen Jan en ik u komen aflossen. Dat is dus afgesproken, mijnheer Sergius, zeide Ortik. Hier scheen niets achter te kunnen steken, maar toch vertrouwde Kayette de zaak niet.
Het was minst genomen vreemd, dat een rus onder een franschen kermistroep verzeild geraakt was. Hierover pratende, zeide Ortik op een goeden dag tegen Kirschef: Zou het niet kunnen zijn dat die mijnheer Sergius zijn best doet om naar Rusland terugtekeeren zonder dat iemand acht op hem slaat? Daar moeten wij achter zien te komen, want er is misschien voor ons een voordeeltje uit te halen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek