Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
De vreemdelingh behoort te swijmen, die my siet, zeide Huygens, omstreeks de helft der zeventiende eeuw, Amsterdam sprekend invoerende: en inderdaad, in zijnen tijd en nog eene eeuw later was er wellicht geene stad in geheel Europa, meer dan zij geschikt, om bij den vreemdeling, die haar bezocht, een indruk te verwekken van verbazing en opgetogenheid.
Men leidde hem de geheele fabriek door, en liet hem de machine zien, door George uitgevonden, die in zijne opgetogenheid zoo vlug sprak, zich zoo rechtop hield, en er zoo beschaafd en mannelijk uitzag dat zijn meester eene onaangename bewustheid van minderheid begon te gevoelen. Wat behoefde zijn slaaf door het land rond te loopen, machines uit te vinden en onder gentlemen het hoofd op te steken?
De vergenoegdheid blonk op aller aangezichten, één alleen uitgezonderd; en niets konde evenaaren aan de opgetogenheid van algemeene vreugde, toen men den volgenden morgen bevel gaf, om het anker te ligten, en in zee te steken. Maar het lot had beschooren, dat de levendigste en meest gegronde hoop nog eenmaal vervallen zoude.
Al hare opgetogenheid over de schoone natuur, hare lang gewenschte vrijheid, het heerlijke lenteweer en de fraaie geschenken van haren bruidegom vertrouwde zij hem toe in opgewonden bewoordingen.
De vergenoegdheid blonk op aller aangezichten, één alleen uitgezonderd; en niets konde evenaaren aan de opgetogenheid van algemeene vreugde, toen men den volgenden morgen bevel gaf, om het anker te ligten, en in zee te steken. Maar het lot had beschooren, dat de levendigste en meest gegronde hoop nog eenmaal vervallen zoude.
Een groote ontspanning kwam over hem, een zalige vergetelheid; hij wist niets meer, wilde niets meer weten van de onvreê der wereld; zijn boeken en papieren, die Thérèse had meegebracht, liet hij onuitgepakt; met zijn Linnaeus onder den arm, zwierf hij door bosch en wei, beschouwde, vergeleek, ontleedde; hij was juist begonnen om de bevruchtings-inrichting der planten te bestudeeren en was een en al opgetogenheid over die wonderen.
Welhaast zal de heilige band des huwelijks mij uw dienares maken, noem mij voor dit ogenblik nog dikmaals uw Machteld, uw vriendin, uw welbeminde. Ik bid u, die woorden zullen mij meer verblijden, mijn vriend." "Welaan het zij zo!" riep Adolf in opgetogenheid uit. "Mijn geluk is oneindig. Ja, Machteld, gij zijt de vrouw die ik bemin, mijn bruid, mijn welbeminde... nietwaar?
Maar de inboorlingen hadden allen de vlucht genomen, alsof zij zich bewust waren, dat de grootste vijand, dien zij op aarde hadden, hun medemensch was. Zonder met de menschen in aanraking te zijn gekomen, gingen zij de haven weer uit, en voeren langzaam langs de kust naar 't Oosten, met opgetogenheid naar de bergen en de effen vlakten ziende.
Een nauwkeurig opmerker zou, door de opgetogenheid en verrukking van jeugd, seizoen en liefde heen, een onverwinnelijke uitdrukking van ingetogenheid, een bescheidenheid ontdekt hebben. Zij betoonde steeds eenige aarzeling. Deze kuische aarzeling is de tint die Psyché van Venus onderscheidt.
En al was dan ook de opschik waarmee hy by die gelegenheid z'n welsprekendheid getooid had, te bont en te kleurig voor geoefenden smaak ... Femke's smaak was niet geoefend. Voor haar vertegenwoordigde Wouters opgetogenheid het schoone, het verhevene, en daarom stond ze hoog genoeg om zich gestuit te voelen door de platheid van den toon dien haar moeder aansloeg.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek