Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 juni 2025


De zelfmoord van Jerusalem, een man dien hij maar uit de verte kent, prikkelt hem tot groote daad: den Werther. Thans ziet hij de mannen, de vrouwen, die hij boven alles liefhad, beurt om beurt sterven; hij klemt zijn tanden opeen en is bijna terstond weer gereed om aan zijn taak het boeken van zijn levenwinst, te gaan. Hij onttrekt zich aan de inwerking van het buiten hem staande.

Weldra hoopte het zand zich in dichte massa's opeen; daar waar vroeger eene effene vlakte was, verhief zich een heuvel van stuifzand, onmetelijk graf eener verzwolgen karavaan. De doctor en Kennedy waren bij dit verschrikkelijk schouwspel tegenwoordig.

In snelle vaart streken hem de huizen en lantaarns voorbij. De huizen stonden nu minder dicht opeen. Ze vormden alleenstaande rijen, met donkere geheimzinnige gaten er tusschen, waar het gaslicht kuilen, plassen, puin en balken grillig verlichtte. Eindelijk kwam een groote poort, met zware zuilen en een hoog hek.

"Wat vooral zonderling is," merkte Cyrus Smith op, "is dat de golf gevormd wordt door twee lava-oevers, door den vulkaan uitgeworpen, en die door onophoudelijke uitbarstingen zijn opeen gehoopt."

Zij drongen zich opeen in de opening, en meenden het leger langs achter neer te hakken, maar dit gelukte hun niet, zij vonden overal een muur van speren en helmbijlen. Jan Borluut, de twee vleugels zijner schaar vooruitzwaaiende, deed zijn vijfduizend Gentenaren in een kring dringen, en sloot alzo het net, waarin hij bij de duizend Fransen had gevangen.

Onder het gewuif en gejuich der dicht opeen gepakte menschenmassa zette de trein zich in beweging, en daar de reis ook door eenige autoriteiten werd meegemaakt, was men voortdurend verplicht zich te laten complimenteeren en de rol van beroemde mannen te spelen.

Als de zon juist was ondergegaan, stapelden de wolken zich daar zóó opeen, dat ze den ingang van eene grot schenen te vormen en in de diepte van die grot schitterde het dan van zachtrood licht. Dat was wat Johannes verlangde. Kon ik daarin vliegen! dacht hij dan. Wat zou daar wel achter zijn? Zou ik daar eenmaal, eenmaal kunnen komen ...

Des daags dooide het in de zon, des nachts daalde de thermometer tot zeven graad. Op den eersten Paaschdag lag er nog sneeuw. Plotseling, op den tweeden Paaschdag, kwam er een warme wind, wolken stapelden zich opeen, en drie dagen en nachten stroomde onverpoosd een zachte regen neder. Donderdags ging de wind liggen en er verbreide zich een dichte, grauwe nevel.

Dezen stroom zou de Nautilus volgen; ik volgde dien met het oog op de kaart, en zag hem zich in den oneindig grooten Oceaan verliezen, zelfs voelde ik er mij reeds door medeslepen, toen Ned Land en Koenraad de zaal binnentraden. Mijne wakkere lotgenooten bleven als versteend staan op het gezicht van zoovele wonderen, als hier opeen gestapeld lagen.

Daar bood zich een onvergetelijk schouwspel aan onzen blik. Op 200 meter afstands in een dal stond een groep van een menigte olifanten dicht opeen. In de bosschen hoorden we aan alle zijden de boomen kraken en de takken breken. Donderende trompetstooten deden zich nu en dan hooren, waardoorheen men een doffer en aanhoudender geschreeuw vernam.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek