Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juli 2025
Een Oosterling reist nooit anders, dan om geld te verdienen of als pelgrim. Boesjnoert is een stadje van misschien tien duizend inwoners. Er is maar één lange straat; de plaats is door een telegraaflijn met Mesjed verbonden, en er gaat wekelijks een post tusschen beide steden. De straat is vol winkels, waar men russische samovars en manchestersch katoen ziet.
Dat was in den goeden ouden tijd, toen Edam eene bloeiende, welvarende stad was. Toen leefde ook de eerzame burger J. Oosterling, die zich in 1682 liet afbeelden tusschen zijn zoon en zijne dochter, en met den vinger wijzende naar de twee-en-negentig schepen, die aan hem behoorden en zoowel de Noord- als de Zuiderzee bevoeren. Ook dat portret is op het stadhuis te zien.
Dus ook hij, de aan oude zedelijke gewoonten verkleefde Oosterling, erkent, dat adat niets is dan een aangenomen gebruik, dat men evenals een oud kleed afleggen kan, als 't ons niet meer voldoet, en dat de adat op zichzelf niets te maken heeft met ons levensgeluk.
Weldra schudde hij van het lachen bij de snakerijen, die hij hoorde, en die hem al spoedig den indruk deden verliezen, door den zanger bij hem gewekt. "Komt, menschen," klinkt het van de stellage, "blijft daar toch niet langer staan, alsof je wortel geschoten hadt in den grond! Voor alle kwalen, geen enkele uitgezonderd, weet deze beroemde Oosterling raad.
Het aangeboren klasse-gevoel ook van den weinig en zelfs in het geheel niet beschaafden Oosterling het is te vinden immers onder Boegineezen en Batakkers dat in den Ambonnees nog even levendig is als het van oudsher was, vindt een ruimen uitweg in het Christendom. 's Zondags in de kerk: daar kan men het waarnemen.
Laat een beschaafd man met een oorspronkelijke wilde paren, dan zal hun kind een tweeslachtigen aard hebben. Laat een Anglo-Sakser met een Afrikaner of Oosterling paren en hun kind zal van tweeslachtigen aard zijn.
De monarch wacht den aanval af met die volmaakte kalmte, welke den echten Oosterling nooit verlaat, en steekt het monster met de rechterhand een dolk in de borst.
Zoo, ongeveer, doet Deli zich voor aan den buitenstaander die, als Westerling, van Westerlingen-standpunt er naar ziet. Hoe lijkt het den Oosterling? Hoe staat de koelie tegenover de onderneming van Europeesche kapitalisten en planters? Ik kan het niet zeggen.
Zie, die man daar op de gaanderij, met zijn donker uitzicht, zijn platten neus en smallen, doorloopenden knevel, dien gij voor een Oosterling zoudt aanzien, en die toch een geboren Amsterdammer is, ja geen andere taal spreekt dan zijne eigene, is Jan Vos, de schilder-glazenmaker, wiens verzen gij zooeven gelezen hebt, en die jonkman met dat levendige oog, die met hem spreekt, is de boekverkooper Otto Barentsz Smient.
De Oosterling is nu eenmaal niet bij machte, de toekomst donker in te zien. Hij weet, dat iedere dag genoeg heeft aan zijn eigen kwaad en dat de mensch niet kan weten "wat morgen brengen zal". Ik bewonderde hem, en dacht dat het zeker aan ons kil klimaat zonder zon is te wijten, dat daar zulke sombere gedachten worden gekoesterd en de vrees voor de toekomst het tegenwoordige vergalt.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek