United States or Ghana ? Vote for the TOP Country of the Week !


Met de behendigheid van den Oosterling, voor wien geen scrupules bestaan, doch steeds zorgend zekere grenzen niet te overschrijden, zijn voordeel doende met gebruiken, die sedert onheugelijke tijden in zijn land waren ingeworteld, met de aangeboren gave van den genialen handelsman om thuis te geraken in de geringste bijzonderheden van administratief beheer, had hij langzamerhand in zijn familie een natuurlijk overwicht verkregen, en hoewel hij niet de oudste was, het eerstgeboorterecht wordt in Egypte, als in alle oostersche landen, gehuldigd, was hij toch inderdaad het hoofd van den stam, en zijn broeders vroegen hem in alle omstandigheden eerbiedig om raad.

Reeds bij een oppervlakkige beschouwing van het openbaar verkeer dringt zich de overtuiging aan ons op, dat die algemeene ongeregeldheid, onverschilligheid en ordeloosheid de hoofdfouten zijn van elken Oosterling. Onze vooruitgang berust op geregelde verdeeling van den arbeid.

Maar dat duurt niet erg lang, zo voorlik is het kind, en in die brief schenkt God hem drie bovenmenselike gaven: hij zou verstand hebben van edelstenen, paarden en vrouwen, de drie dingen waar een Oosterling altijd het meeste op gesteld was iets van te weten.

De manoussa is een dunne roode stof, met witte en zwarte strepen, die voor allerlei doeleinden wordt gebruikt, en van de pechtemal worden badcostumes gemaakt. Deze stof vindt daardoor veel aftrek, want het grootste genoegen van den Oosterling is, een geheelen dag in den hammam door te brengen.

Er klonk gekreun daarbinnen, Mevena uitte een zachten kreet en toen, met rood gezwollen gelaat, sprong Tamalone plotseling naar den oosterling, greep hem bij de keel en wierp hem op den grond. Fluks trok hij Mevena naar binnen, onder de verbaasde blikken van den brigadier.

Zoo moeilijk het voor ons is het gemoedsleven van den Oosterling te begrijpen, zóoveel weten allen die eenigen omgang met hem hebben gehad: dat bepaalde aandoeningen niet dadelijk hem tot handelen brengen, maar lang blijven nawerken en gaandeweg aan intensiteit toenemend, ten slotte, soms zonder oogenschijnlijke aanleiding, uitbarsten in een daad, die geheel en al buiten verhouding staat tot de aanvankelijke oorzaak.

Hier zij in de eerste plaats verwezen naar de Aanteekening op "Het Vrouwtje van Stavoren." Hier vindt gij, dat een vreemdeling, een wijze oosterling, de rijke weduwe bezoekt, en, nadat hij bij haar een rijk gastmaal heeft genoten, zegt: "Eene zaak verwondert mij bovenmate: ik mis hier ééne spijs, die het beste, het edelste, het kostbaarste is van alles, wat de aarde den mensch voortbrengt."

De vrees voor de westersche mogendheden; een zeker uiterlijk vernis van beschaving, dat de Oosterling in den omgang met Westerlingen spoedig overneemt; zekere buigzaamheid en plooibaarheid, welke vooral aan de officieele wereld, voor een deel uit zonen van tot den Islam bekeerde Armeniërs, Grieken, of Syriërs bestaande, eigen is: dit een en ander is wel geschikt om ook anders scherpzinnige lieden, maar die met den waren stand van zaken niet goed bekend zijn, te misleiden.

Middellijk is dit een gevolg, een treurig gevolg, van een goede en verheugelijke zaak: de ontwaking van den Oosterling. De nieuwe ideeën nemen, het is waar, zonderlinge vormen aan in die voor het overgroote meerendeel nog totaal ongeschoolde hersens.

De geïslamiseerde Oosterling is zeer beslist de schurk, dien men een por moet geven. Hij heeft enkel eerbied voor kracht, hij buigt zich enkel voor wie hem slaat. Hij kan alleen dienen of gediend worden, en hij neemt tegenover u de houding van den meester aan, als gij die niet van te voren voor u hebt opgeëischt. Zijn godsdienstig gevoel weerstreeft die gevoelens niet.