Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 juli 2025


Dezen herfst werd ik aan Holger Nielsson in West Vemmenhög verkocht, en daar ben ik aldoor geweest." "'t Schijnt dat je geen familie hebt, waar je je op beroemen kunt," zei de leidster-gans. "Hoe kom je dan zoo overmoedig, dat je met wilde ganzen meêdoen wilt?" "Dat kan immers wel zijn, omdat ik jelui, wilde ganzen, toonen wil, dat ook een tamme gans ergens goed voor is," zei de ganzerik.

En op een dag zou hij dan den boer Holger Nielsson en zijn vrouw bij zich vragen op 't kasteel. En als ze dan aankwamen, zou hij op de stoep staan en zeggen: "Kom binnen, alstublieft, en doe alsof u hier thuis is." En ze zouden hem natuurlijk niet herkennen, maar zich verwonderd afvragen, wie die deftige mijnheer was, die hen had uitgenoodigd.

't Zit zoo goed verstopt, dat de dokter het niet kan vinden, maar het steekt, en ik heb zoo'n pijn, dat ik niet loopen kan. Als je aan Holger Nielsson zoudt willen zeggen wat me scheelt, geloof ik, dat hij me gemakkelijk zou kunnen helpen. Ik zou me graag nuttig willen maken. Ik schaam me er genoeg over, dat ik hier maar sta te eten, zonder iets uit te voeren."

"Je kunt met mij doen, wat je wilt," zei hij. "Met Niels Holgersson blijft het toch, zooals het is. Maar je moet hem van mij groeten, en zeggen, dat hij goed zou doen, met zijn ganzen thuis te komen, want het gaat slecht hier op de hoeve. Holger Nielsson heeft een borgstelling voor zijn broer moeten betalen, op wien hij zoo vast vertrouwde.

"Ik geloof, dat het ons nu weer eens meêloopt," zei Moeder. "Stel je voor, de groote ganzerik, die van 't voorjaar verdween, is teruggekomen met zeven wilde ganzen! Ze gingen het ganzenhok binnen, en daar heb ik ze allemaal opgesloten." "Dat is wonderlijk!" zei Holger Nielsson.

't Was namelijk zoo gegaan, dat nu Maarten de ganzerik, zóó dicht bij zijn vroeger thuis was, hij de lust niet kon weerstaan, om zijn vrouw en kinderen te vertoonen aan de oude kameraden op de boerderij. Hij had eenvoudig Donsje en de kleine gansjes meêgenomen, en was er heen gewandeld. Er was geen mensch op de hoeve bij Holger Nielsson toen de ganzerik er aankwam.

"'k Vind 't zonde den ganzerik te slachten, nu hij met zoo'n groot gevolg hier thuis komt," zei Holger Nielsson. "Als 't ons beter ging, zou hij wel mogen blijven leven, maar als we van hier weg moeten, kunnen we toch immers de ganzen niet houden." "Ja, dat is waar ook." "Help me nu maar ze in huis te brengen," zei Moeder.

't Was aan alles te zien, dat Holger Nielsson het zoo had willen maken, dat de nieuweling goed tieren zou. Daar stond een groot, mooi paard, glanzend van welvaren. "Goeiendag," zei de jongen. "Ik heb gehoord, dat hier een ziek paard moet zijn. Dat kun jij toch niet wezen. Je ziet er best en welvarend uit." 't Paard keerde den kop om, en zag den jongen oplettend aan.

"Ik geloof, dat je 't nog prettig vindt deze hoeve te verkoopen, waar we zoo aan gewerkt hebben," zei Moeder. "Je begrijpt toch wel, waarom ik lach," zei Vader. "Dat ik dacht, dat onze jongen verloren was, drukte me zoo, dat ik heelemaal machteloos ben geweest, maar nu ik weet, dat hij leeft en zich goed gedraagt, nu zul je zien, dat Holger Nielsson nog wel wat kan!"

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek