Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 juni 2025
»In den naam van God,« zei de heer Brownlow op plechtigen toon, »zeg dat niet, nu ge op den rand van het graf staat, maar zeg me waar ze zijn. Je weet, dat Sikes dood is, dat Monks bekend heeft, dat er geen hoop meer is iets te winnen. Waar zijn die papieren?« »Oliver,« riep Fagin, tot hem gewend. »Hier! Laat mij het jou influisteren.«
Met Fagin werd een overeenkomst gemaakt, dat hij een zekere som zou krijgen als Oliver terugkwam; en nog meer als hij een dief van hem maakte, wat Monks noodig had voor een of ander doel van hemzelf.« »Voor welk doel?« vroeg Rose.
Goed!« antwoordde Monks. »Zijn vader was ziek geworden in Rome en werd daar opgezocht door zijn vrouw, mijn moeder, van wien hij langen tijd gescheiden was geweest; zij kwam uit Parijs en nam mij mee om te zien wat hij geërfd had zoover ik weet, want zij had nooit veel liefde voor hem gevoeld, noch hij voor haar.
De eerste woorden, die ik Monks hoorde zeggen, waren deze: »Dus liggen de eenige bewijzen voor de identiteit van den jongen op den bodem, van de rivier en de oude heks, die ze van de moeder kreeg, ligt te rotten in haar kist.« Ze lachten en spraken over den goeden loop, die de zaak genomen had.
De familie was de week te voren vertrokken; zij hadden de kleine schulden in het dorp betaald en waren 's nachts heengegaan. Waarom of waarheen, kon niemand zeggen.« Monks haalde steeds vrijer adem en keek met een triomfantelijken glimlach rond.
Brownlow, terwijl hij mevrouw Maylie een wenk gaf, nader te komen. »Ga voort.« »U kon niet uitvinden, waar die menschen heen waren getrokken,« zei Monks, »maar waar vriendschap onmachtig blijkt, baant haat zich dikwijls een weg. Na een jaar van slim onderzoek ontdekte mijn moeder het en vond het kind.« »Zij nam het mee, nietwaar?« »Neen.
»Daar stierf zij,« zeide Monks, »na een slepende ziekte; op haar doodsbed vertrouwde zij mij deze geheimen toe met haar onwrikbare, doodelijke haat jegens allen, die er in betrokken waren dezen haat behoefde zij mij trouwens niet na te laten; dien had ik lang te voren al van haar geërfd.
Bij deze woorden rolde hij plotseling de tafel weg, trok aan een ijzeren ring in den vloer en sloeg vlak vóór Mr. Bumble's voeten een groot valluik op, zoodat genoemde heer haastig een eind achteruitstoof. »Kijk naar beneden,« zei Monks, terwijl hij de lantaren in de opening hield. »Wees niet bang voor me.
Bumble er klappertandend bij, »mijnheer Monks is veel te veel man van eer om tegenover Gemeente-ambtenaren geweld te gebruiken.
Mijnheer Monks weet, dat ik geen jonge man ben, vrouwtje, en ook dat ik, om zoo te zeggen, een beetje in het zaad geschoten ben; maar hij heeft gehoord, ik twijfel er niet aan of mijnheer Monks heeft wel gehoord, dat ik een flinke kerel ben en ongewoon sterk als ik eenmaal driftig word. Ik moet alleen een beetje driftig worden, dat is alles.« Mr.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek