United States or Vatican City ? Vote for the TOP Country of the Week !


In tijden van algemeenen nood worden zelden Floras verkocht. De Flora over de omstreken van Cauteretz ging volstrekt niet meer. Weken vervlogen zonder dat er een kooper kwam. Soms ontroerde de heer Mabeuf, wanneer hij de schel hoorde. "Neen, mijnheer," zeide moeder Plutarchus dan treurig, "'t is de waterdrager."

Terwijl hij het boek las, dat hij in de hand hield, zag vader Mabeuf er over heen naar zijn planten, onder anderen naar een prachtigen rhododendron, die een zijner vertroostingen was; er waren vier heete, winderige en zonnige dagen zonder een droppel regen voorbijgegaan; de stengels bogen, de knoppen hingen, de bladeren vielen; de geheele tuin moest begoten worden; vooral stond de rhododendron heel treurig.

Bind mij zooals 't u belieft, maar ge kunt mij wel op een tafel laten liggen, evenals den andere." En met eene hoofdbeweging duidde hij naar het lijk van Mabeuf. Op den achtergrond van het vertrek stond, zooals men zich herinnert, een lange tafel, waarop men kogels gegoten en patronen gemaakt had. De patronen waren gereed en al het kruit was gebruikt, zoodat deze tafel ledig was.

Hij bezocht de generaals, onder welke Georges Pontmercy gediend had, onder anderen den graaf H. Hij bracht den kerkmeester Mabeuf een bezoek, en deze vertelde hem van het afgezonderde leven des kolonels, van zijn bloemen en zijn eenzaamheid. En eindelijk begreep Marius den zeldzamen, verheven zachtaardigen man, half leeuw half lam, begreep hij zijn vader volkomen.

Zijn maaltijden waren zeer sober, en hij dronk meer melk dan wijn. Hij zwichtte voor een knaap en werd begromd door zijn dienstmeid. Hij was zoo beschroomd alsof hij menschenschuw ware, ging zelden uit, en ontving geen ander bezoek dan dat der armen, die aan zijn venster klopten, of van zijn pastoor, den abt Mabeuf, een oud goed man.

Montparnasse, die geen reden had om op zijn hoede te zijn en voor het eerst zijns levens nadacht, merkte hiervan niets. Gavroche, ter plaatse teruggekeerd, waar de oude Mabeuf zat, wierp de beurs over de heg en liep, zoo snel als hij loopen kon, weg. De beurs viel op den voet van vader Mabeuf. Deze schok wekte hem. Hij bukte en raapte de beurs op. Hij begreep er niets van, en opende ze.

En zijn even opgericht hoofd zonk weder op zijn borst. Hij hief het weder op, aanschouwde nogmaals den hemel en prevelde: Een dropje dauw! een weinig erbarming! Hij poogde nogmaals den ketting los te maken, maar kon niet. Op dit oogenblik hoorde hij een stem zeggen: "Vader Mabeuf, wilt gij, dat ik uw tuin begiete?"

't Was een beurs met twee vakken; in het eene vak was eenig klein geld, in het andere zes gouden Napoleons. Verbaasd bracht Mabeuf dit aan zijn huishoudster. "'t Is uit den hemel gevallen," zei moeder Plutarchus. De smart van Cosette, vier of vijf maanden geleden zoo grievend en levendig, begon, zelfs zonder dat zij het wist, te verzachten.

Hij zag Mabeuf weder vallen, hij hoorde Gavroche te midden van het schrootvuur zingen, hij voelde het kille voorhoofd van Eponine op zijn lippen; al zijn vrienden Enjolras, Courfeyrac, Jean Prouvaire, Combeferre, Bossuet, Grantaire rezen voor zijn oogen op en verdwenen weder. Waren al deze geliefde, smartelijke, dappere, vroolijke of treurige wezens droomen? Hadden zij werkelijk bestaan?

Door zijn neiging voor afzondering, had hij er bepaald van afgezien, in het genootschap over te gaan, waar Enjolras presideerde. Overigens waren zij kameraads gebleven en bereid elkander bij gelegenheid op allerlei wijzen te helpen; meer echter niet. Marius had twee vrienden, een jongen, Courfeyrac, en een ouderen, Mabeuf. Hij helde het meest tot den laatsten over.