United States or Egypt ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hier Elsje, zeker van je zielsvriendin!" Elsje nam den brief aan, die werkelijk van Line bleek te zijn. Zij liep er langzaam mee naar boven, voorafgegaan door Louise en Cécile, die dolle pret samen hadden.

Waarom moest dat nu vandaag ook al, wat was er nu toch weer...? Neeltje, de tweede meid, hielp aan haar japon; bruidsmeisjeswerk; maar Rietje had gevraagd of Neel het niet doen kon en Line, het andere bruidsmeisje, was er nog niet.

Zou 't nu zóó goed wezen, Tine? vroeg Havelaar. Kyk, ik heb dien palm wat grooter gemaakt ... 't is nu juist the line of beauty van Hogarth, niet waar? Ja, Max! Maar die vetergaten staan te dicht op elkander. Zoo? En die anderen strooken dan? Max, laat me je broekjen eens zien! Ei, heb je die strook aan? Ach, ik weet nog waar je die geborduurd hebt, Tine! Ik niet. Waar dan?

Maar ik moet mijn best doen. Tante is zoo lief voor mij tegenwoordig en... en... misschien valt het wel mee. Ik vind het vreemd dat Frits eerst in Augustus thuiskomt, hij zal toch wel heel erg naar Cécile verlangen. Vóór dien tijd zal het dan toch wel heel prettig zijn bij grootmama; ik wou dat ik dan later nog wat bij Line mocht gaan logeeren." Line was de dochter van den bloemist.

Met den brief van Line nog ongeopend in hare hand, stond ze een oogenblik strak voor zich uit te kijken, om toen naar de deur te snellen en driftig aan den knop te rukken, die natuurlijk zijn dienst weigerde. Toen liep ze naar het raam, keek naar buiten en kwam, met een trilling van schrik, tot de overtuiging dat het onmogelijk zou zijn van die hoogte naar beneden in den tuin te springen.

Zijn tafeldame was bruidstante Bertha, een beminnelijke dame, kort-ademig van dikte, maar toch lang van stof, en heel gemaklijk te onderhouden. Aan zijn andere zij zat nichtje Line, 't druk-vroolijke bruidsmeisje.

Ga hier eens even bij mij op de canapé zitten. Is er wat, kind? Kom, zeg het mij maar." "Neen tante, er is niets, heusch niet," zei Elsje met zooveel nadruk, dat mevrouw d'Ablong haar lachend aankeek. "Ik zou alleen zoo dolgraag naar Line willen gaan." "Ja, maar dat kan nu niet en daar spreken we nu ook niet meer over.

't Was laat nu; alles was stil in huis, het eenige geluid in de kamer waren haar zachte snikken.... O God! o God!... het zou nooit gaan! ze zou het niet uit durven spreken!... Line en Marietje zouden komen om haar te kleeden.... Dan Louis!... dan de familie, de rijtuigen, al de officieele deftige drukte.... Ze zou niet durven.... Onmogelijk!... haar borst zou dicht geschroefd zijn.... Ze zou zich mee laten nemen in 't ratelende rijtuig.... O God! o God! wat te doen....

Ze zou hare tante dadelijk den brief van Line laten zien en haar vragen of zij over een paar dagen naar haar toe mocht gaan. Als zij Frits maar niet meer zag, zou alles wel beter met haar worden en als zij dan terugkwam, werd het engagement tusschen Cécile en hem zeker heel gauw publiek en zou alles van zelf gemakkelijker worden.

Zij hadden zooveel te bespreken samen, zooveel, en Elsje had van allerlei te vragen. "Line mag toch zeker op onze bruiloft komen, he Frits? En weet je wat ik zoo graag zou willen? Dat we heel gauw eens samen een bezoek maakten bij dien kruidenier, je weet wel, in dien winkel, waar ik toen 's nachts heb geslapen, jaren geleden met die akelige partij.