Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 20 juni 2025
In de Bloeimaand, als wanneer de Vlaamsche boerinnen 's nachts langzaam drie zwarte boonen achter zich over het hoofd werpen, om zich voor ziekte en dood te behoeden, ging Lamme's wond weder open; de kok had een zware koorts en vroeg, dat men hem zou leggen op het dek van het schip, rechtover de kooi van den monnik.
Rond dien tijd kwam Lamme Goedzak weder te Damme wonen, mits het land van Luik niet meer rustig was, ter oorzake van de ketterij. Zijne vrouw kwam volgeerne mede, omdat de Luikenaars, spotters van nature, lachten met Lamme's lamlendigheid.
De kar had reeds een eind wegs afgelegd; zij hoorden een gekraak van stappen in het zand en eene stemme, die zong: Uilenspiegel klopte op Lamme's buik en zei: Houd uwen adem in, dikzak. Laas, antwoordde Lamme, 't is lastig voor iemand, die zoo dik is.
Gij verdient geenszins den naam van dienaressen van de godin der liefde, zoo gij met uwen mond, uwe handen, uwe vurige oogen niet bij machte zijt de mannen te verleiden. En om uwe onnoozelheid wordt gij zonder mededoogen gegeeseld! Op die rede, begonnen de vrouwen en meidekens te beven en blonk Lamme's gezicht van vreugde.
De uitzinnige schuddebolde, zocht met heuren lepel de boerenteenen uit, rondom de sauspan; zij sloeg op heur voorhoofd en sprak: Doe het vuur weg! mijn hoofd brandt. De reuk van de azijnsaus streelde Lamme's neus; de dikke man was in verzoeking gebracht. Uilenspiegel bleef staan en, in zijn groote droefheid, bezag hij Nele met een teederen, liefderijken glimlach.
Maar de baas gaf hem eenen schop terug en eenen slag daarbij. En Uilenspiegel zei hem: Gij slaat dapper, kameraad. Ja, ze vallen als hagelsteenen, niet waar, antwoordde de baas, die meteen vlug de tassche uit Lamme's handen rukte en ze aan Uilenspiegel teruggaf. Daar, rabauw, sprak hij, trakteer mij, nu gij terug in 't bezit van uw goed zijt.
Hem heet zij: Mijn hertog; Hij haar: Mijn inquisitie. Leve de Geus! Klare klokken, klinkt, Beiaard, schater uw deuntjes uit; Rinkelt, roomers en bottels: Leve de Geus! Als Lamme's monnik gewaar werd, dat de Geuzen geenszins zijnen dood wilden, doch een rantsoen voor hem eischten, begon hij het hoofd op te steken.
Lamme kwam achteraan en zuchtte: Heer, genade, heer; groen hout is doodelijk vergif. Toen sprak de prins: Ik schenk hem genade. Uilenspiegel maakte eene tuimelpert, sloeg op Lamme's buik, dwong hem tot dansen en sprak: Loof met mij Zijne Hoogheid, die mij van het groen hout heeft gered. En Lamme beproefde te dansen, maar hij kon niet, ter oorzake van zijn dikken buik.
Lamme verschool zich achter Klaas en riep: Ik heb zes duiten verdiend, ik heb zes duiten verdiend, slaat me niet! Doch de moeder kuste haren jongen reeds, terwijl het meisje Lamme's handen wilde openwringen, om hem zijn geld af te nemen. Maar Lamme schreeuwde: 't Is 't mijne, ge zult het niet hebben.... 't Is 't mijne! En hij balde de vuisten.
Hulp! hulp! Uilenspiegel! kreet Lamme. Doch Uilenspiegel antwoordde niet. Gij hebt geen hert, zuchtte Lamme, terwijl hij zijnen vriend overal zocht. De zweepen werden aangebracht. Twee van de meidekens begonnen Lamme's wambuis uit te trekken. Eilaas! mijn arm vet, dat ik met zooveel moeite vergaarde, gaan ze mij ongetwijfeld ontnemen met heur striemende zweepen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek