Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juni 2025


Gy hebt gestreden voor uw harssenschim; dien lof geef ik u; maar nu eisch ik uwe overgave. Hy. Neen, Kindje, daar is voor gezorgt; ik hou om de dood niet van buren-gerugt. Hy. Zie zo, 't wordt mooi laat; nu, ik heb zeer goed Logement voor u; en ik hoop, dat ik u den tyd aangenaam zal verdryven. Ik. Laat my gaan; 't is nog niet te laat, om in de stad te komen. Hy.

Zij had de zoete taal gehoord van Ridders, bij wie Adeelen evenmin te vergelijken was als de ruwe goedendag des huismans bij den sierlijken pronkdegen met Damasceensch lemmer des Edelmans, en hoe nederig ook en ingetogen, zij was eene vrouw, en had niet zonder eenig behagen haar lof in hoofsche taal hooren uitspreken door den mond eens Graven van Holland en zijner Edelen, en haar hart sloeg harder, wanneer zij zich den wakkeren Deodaat voorstelde, met zijn helderen, vriendelijken oogopslag, met zijn zachtaardig voorkomen, dat zoo vreemd afstak tegen zijn onweerstaanbaren moed, met zijn innemende stem, bevallige manieren en heusche handelwijze ten haren opzichte.

Van vreugde golven vuurs ten Hemel opwaarts varen, Men offert lof en dank den Heere der Heerscharen, Die nu in lout're vreugd doet eindigen ons leed. UITVAART EN TREURDICHT van HENRICUS DE GROOTE, Koning van Frankrijk en Navarre.

Lof en eere komt daarvoor aan de wakkere ondernemers toe, doch vooral aan den eersten ontwerper, wiens naam men te regt in gedachtenis heeft willen houden door het in 1848 nieuw gebouwde Compagnonshuis te Appelscha te noemen: Augustinus-state.

De soort van lof, in dit geval door haar toegekend, paste echter zoo buitengewoon slecht bij de gevoelens van twee harer toehoorders, en scheen Edward zoo weinig voldoening te verschaffen, dat hij al heel spoedig opstond om heen te gaan. "Ga je nu al?" zei Marianne; "maar beste Edward, dat kan toch niet." En hem terzijde nemend, fluisterde zij hem toe, dat Lucy stellig niet lang meer kon blijven.

"Wel ja," hernam zij: "er zijn zoovele arme slokkers, die niets bezitten en naar een postje hunkeren, om er van te bestaan, dat de Heer Reynhove, die rijk genoeg is, geen hunner daarvan berooven wil." "UEd. is te goed, Mejuffrouw!" zeide Reynhove: "maar ook dezen lof moet ik refuseeren; want ik beken, dat mij dit excuus nimmer voor den geest is gekomen."

Hij zorgt er wel voor, dat zijn lof door alle dagbladen wordt rondgebazuind, en hij heeft succes. Van alle kanten stroomen hem de bestellingen toe, zoodat hij in korten tijd schatrijk zal zijn." Howe keek zijn vriend in de grootste verbazing aan. "Zeker, 't is zoo," hernam deze.

Daartoe is zeker veel gevoel, veel verscheidenheid en een scherp aanlegsvermogen noodig! Hij hield niet op met zijn lof. Hij beschreef éen voor éen, met een fluisterstem waaraan de luidruchtige onverschilligheid van een schouwburgvergadering een bijzonder gewicht leende, al de lusten van een huwelijk, dat het zijne niet was.

Hildebrand nam den schijn aan van naar de kerk te zullen gaan, en had evenwel voorgenomen het niet te doen. Hij herinnerde zich, niet zonder ingenomenheid met de hooge roeping die hij in zich gevoelde, het zeggen van Fenelon, in het treurspel van dien naam: "Dit is mijn eerste plicht. Men dien' de menschlijkheid, En zing, daarná, den lof der Hemelmajesteit!"

Zijne keel werd hem toegenepen van angst, als hij dacht aan het oogenblik, waarop hij in de handen van Vianen zou vallen, want, hij wist het, zijn lof zou dan vreeselijk zijn. De grootste martelingen zouden hem niet gespaard worden en het einde zou een ellendige dood zijn. Ja, als Peer daaraan dacht, sidderde hij over zijn geheele lichaam en wrong hij in den hevigsten angst de handen.

Woord Van De Dag

flakons

Anderen Op Zoek