Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 15 juli 2025
In den morgen, beroerd en katterig van den jenever, kroop hij naar buiten, waar hij de zon nog in de lucht vond en God naar alle waarschijnlijkheid in den hemel, want zijn gastheeren leefden nog en waren ongedeerd.
En hij gooide zijn jas uit en viel toen neer op zijn bed. Hij kwam heel laat op kantoor den volgenden morgen, katterig en moe, Edward sliep nog, en 't was een morgen, dof-smartelijk van landerigheid en hoofdpijn, opkroppen van misère, moe-zwak uitstellen van denken. De bedienden keken stil en gewoon-weg voor zich, maar hij wist dat ze ginnegapten achter zijn rug.
Verhit danste men hand aan hand rond de tafel en keelde "Waar kan men beter zijn, dan bij de beste vrienden." 's Anderendaags was Marieken zeer teruggetrokken, en Madame voelde zich katterig, wat zij toeschreef aan de gebakken aardappelen en de te vette hesp! Beiden waren een beetje verlegen met hun ongewone, dwaze luim van den vorigen avond.
Zoo tòch gezelligjes in den ouden lévenden toon kibbelend, reden ze het dorpje in, beminnelijk naar alle zijden de kennissen en dorpenaren toeknikkend. Katterig hielden ze 's middags receptie bij port, sherry, advocaat.
U heeft meer dan je plicht gedaan, lachte de administrateur en hem toeknikkend: dat bewustzijn zal u sterken tot verdere grootsche daden, mag ik u eens even zien? Hij hief zijn glas op. Dank je wel, daar ga je, maar als ik morgen katterig van boord ga, heeft de kommandant 't op zijn geweten. Neen, dank je, geen champie meer! Kom? Nu, dan nog éentje, om u bescheid te doen.
Maar den heelen avond was hij down, dronk wat grogjes, stond den volgenden morgen katterig op. Het werk ging niet. Hij zou een dutje doen. Op de rustbank languit, het hoofd op de armen, lag hij te luieren. Hij at een paar eieren, ging weer liggen inert op het Smyrnaasch. Bij halfnegen hoorde-die d'r thuiskomen. De buitendeur werd geopend. Beneden in de gang praatte ze met iemand. Hij kon alles hooren,
"Gisteravond hebben wij feest op Ysbrands kamer gevierd. 'k Ging er om zeven uur alleen heen, maar ben zonder mij zelven weer thuis gekomen.... hoe laat weet ik niet. 'k Heb mijn morgengebed maar binnengehouden. Hoe meer geest naar binnen, hoe meer geest naar buiten....? Maar, zou 't wel de geest zijn van Hem...., 'k wil heden Zijn naam niet noemen, 'k ben te katterig.... 'k ga eens wandelen."
"Heb ik het je niet gezegd?" zeide Tom. "Huck herinnert het zich nog." "Ik geloof, dat ik den geheelen dag wel pijpen zou kunnen rooken. Ik ben niets misselijk." "Ik ook niet," zeide Tom. "Ik zou wel van den morgen tot den avond kunnen rooken, maar ik wed, dat Jeff Hatcher het niet zou kunnen." "Jeff Hatcher! Wel, hij zou bij den tweeden trek al katterig worden.
Om het plein in het natte woud stonden en hurkten de inboorlingen in groepen, beverig en katterig. Bij een paar vuren trachtten ze zich te warmen, maar zonder veel gevolg. In verveling keken ze ons zonder een woord aan en lieten ons voorbijgaan. Eenige vrouwen hadden zich van groote bladeren regenschermen gevlochten, vlakke schijven, die ze op de onbehaarde hoofden lieten balanceeren.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek