Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 7 mei 2025


Zij zag eerst zijden kousen en een broek van blauw fluweel, toen een degen met diamanten van-boven, toen de borst met gouden knoopen. En de purperen mantel zwaaide nog altijd voor het gezicht. Haar benevelde oogen keken over de muziek heen en in den goud- wasem van de kaarsen zag zij Jozefs gezicht alleen en zijn oogen, die haar liefkoosden.

Clausule van der Bible bevat eene verheerlijking van MARIA in een toen veelvuldig gebruikten vorm: overal, doch vooral in het Oude Testament, vond men gelijkenissen van MARIA; MAERLANT wordt niet moede, door een veertigtal strofen heen, de Moedermaagd telkens weer onder een andere gedaante te verheerlijken: MARIA is de duive met den olijftak terugkeerend naar de ark; de ladder waarlangs de engelen af- en opklommen; RACHEL, des zaligen JOZEFS moeder; het korfje waar het kind MOZES schreiend in lag; het vlies van GIDEON waarop des hemels dauw neerdaalde; het brandend braambosch, de zoete manna, de steen waaruit op MOZES' gebed een klare fontein ontsprong... zoo volgt het eene beeld op het andere, totdat de dichter het moet opgeven, want "volprisen" kan hij haar niet, "de schone Vrouwe, de blonde" uit wier oogen een licht scheen gelijk de zonneschijn.

Ook had hij, met een onoverdacht gebaar, zijn hoed een beetje achterover gezet, o maar, zoo weinig, dat niet eens de lichtelijk in zijn vel geperste streep zichtbaar werd, die, om dat zijn hoed altijd juist op dezelfde hoogte zat, daar, vooral als het warm was, ontstond, zoodra hij zijn hoed op zette. Jozefs oogen waren vriendelijk. Hij voelde zich gelukkig en verlangend naar nog meer.

Felix was binnengekomen uit het rieten kabinetje en zijn hoofd stond over de tafel heen te kijken naar die twee groote menschen, strak, zonder begrip. Mathilde had Jozefs hand genomen, flauw tusschen de haren. Dat was een vreemd gevoel, die koude hand. Zij zoende hem op zijn wang, die hard was.

Ja, vin-je niet? andwoordde hij, Mathilde zoende Jozefs voorhoofd, terwijl hij zijn hand naar boven stak om de hare te vatten. Mathilde bleef even staan achter het theeblad, om te zien of alles voor het ontbijt in orde was. Zij schikte de kopjes op de schoteltjes en begon er, het hoofd naar voren gebogen, suiker in te scheppen.

Gaetano begreep nog niet wat de pater meende, toen hij zich voelde optillen door pater Jozefs armen en terugdragen naar de ontvangkamer, waar hij op donna Elisa's schoot werd gezet. "Gij moet hem nemen, donna Elisa, want gij hebt hem gewonnen," zei pater Jozef. "Gij moet hem den Mongibello laten zien en trachten of gij hem behouden kunt."

In de bedwelmende lucht leefde zij voor het eerst vol haar liefde, met opzwenkende leden en duizelende oogen. Zij zag Jozefs naakt gelaat en zijn koortsige oogen. Was dat nu het leven? Was dat nu het getrouwd zijn? De boomen ruischten haar huiveringen tegen. Haar oogleden trilden; zij kreeg het koud aan de slapen.

Het buffetje herinnerde aan de heerlijke oude dagen, die voorbij waren voor altijd, de lijsten van de schilderijen herinnerden, dat haar vader, na een schoonmaakdag, die altijd recht hing, om dat de schoonmaakster ze schuin aan het driehoekig koord weêr opgehangen had; zij dacht er over, dat haar vaders haren vroeger veel minder grijs waren, en Jozefs stem klonk dan als heel uit de verte, als het gelui van een stalen klok.

Mathilde volgde in alles Jozefs meening en Jozefs smaak, of wel zij had een nieuwe opmerking, die hij met geestdrift aannam. Maar er was nog niets besloten. Vooreerst werd de vraag behandeld, of men in de Vondelstraat-buurten een huis zoude zoeken of aan een van de mooye grachten, Heeren-of Keizersgracht.

Zij had er zelfs nooit of nimmer aan gedacht, maar om dat Jozef zich zooveel met haar bemoeide en altijd haar liefhebberijen raadde, en altijd graâg deed wat zij ook grâag deed, om dat Jozefs leeftijd in alle geval met de hare zooveel meer gelijk stond dan die van haar vader, om dat Jozef nooit knorde, ja haar zelfs nooit ernstig onderhield, kende zij Jozef eigenlijk beter dan zij en haar vader elkaâr kenden, waren zij ten minste vanzelf schijnbaar vertrouwelijker met mekaâr.

Woord Van De Dag

wanordelijkheden

Anderen Op Zoek