Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 10 juni 2025
Eens drong een bedelende menigte jammerend in het aartsbisschoppelijk paleis en smeekte den aartsbisschop, die juist aan zijn overdadigen maaltijd zat, om voedsel.
Eens toen hij in donker door de stille buurten doolde, hield een oude vrouw hem staande, jammerend en hem smeekend haar te beschermen voor de schouts, die haar vervolgden. Tamalone, door haar armoedige gestalte en haar klachten ontsteld, vroeg niet wat zij gedaan had, maar nam haar op en liep hard met haar heen, in de verte zag hij de lantarens van de wacht al schommelen.
Maar ondanks alle voorzorgsmaatregelen mogen wij Merw niet bereiken, zonder een kameel verpletterd te hebben. Het is donker geworden: een vrij hevige schok doortrilt al de wagens: de locomotief heeft twee dromedarissen ter aarde geworpen en de trein rolt voort over de vermorzelde lijken. De onthutste eigenaar heft jammerend de handen ten hemel: het is te laat!
In zijn hoogmoed bad hij jammerend God, dat hij hem de macht zou geven Engeland te overwinnen, Frankrijk te veroveren, Milaan, Genua en Venetië in te nemen en, meester der zeeën, heel Europa te gebieden. Hij dacht aan die zegepraal, maar hij lachte niet. Gedurig was hij huiverig; de wijn verwarmde hem niet, noch het vuur van het welriekend hout, dat altijd brandde in de zaal waar hij verbleef.
Jammerend en badend in tranen, viel de Traagheid van vermoeienis op heure knieën; vervolgens kwam de magere Nijd, met een slangekop en hoektanden, die de Traagheid beet omdat zij te veel heur gemak zocht, de Gramschap omdat zij te levendig was, de Gulzigheid omdat zij te veel gegeten had, de Onkuischheid omdat zij te rood was, de Gierigheid ter oorzake van de schalen, de Hooveerdigheid omdat zij een purperen kleed en op het hoofd eene kroon droeg.
Ik ellendige!» Jammerend zat zij daar in den donkeren nacht. Door de diepe stilte schenen de woorden van Rudy nog te klinken, de laatste, die hij hier sprak: «Meer heeft de aarde mij niet te geven!» Zij klonken in de volheid der vreugde, zij werden herhaald in diepe smart. Jaren zijn er sedert verloopen.
De wolf had in een oogenblik de pannekoeken opgeslokt, »zij smaken naar meer,« zei hij, en hij trok zoo maar den heelen schotel naar beneden, dat hij in scherven viel. Dat maakte zoo'n helsch lawaai, dat de vrouw kwam aangeloopen, en toen zij den wolf zag, riep zij het manvolk, die gaven hem er zoo van langs, dat hij met lamme pooten en luid jammerend bij de vos in het bosch kwam.
Jammerend sprak Soetkin toen: Man, wij hebben geen eten vandaag: de bakker heeft mij brood geweigerd. Brood? sprak Klaas, de tassche openend en goudstukken op de tafel gietend, brood? Daar is brood, boter, vleesch, wijn, bier! Daar zijn hespen, mergpijpen, reigerpastijen, ortolanen, ganzen, krakelingen, daar is ambrozijn, lijk bij de groote heeren! daar is bier met tonnen en wijn met vaten!
Noemt ge dat een treurige geschiedenis? Die arme Babette! Zij verkeerde in een nameloozen angst. Het schuitje dreef gedurig verder weg. Niemand aan den vasten wal wist, dat het bruidspaar naar het kleine eilandje gevaren was. De wolken daalden, de avond was donker. Alleen, wanhopig, jammerend stond zij daar.
Zijne gordeltasch was hem ontnomen. Zij namen het lijk van hunnen gezel op de schouderen; zijn flink zweerd en zijn dappere bus droegen zij insgelijks mede, en, grammoedig en jammerend,droegen zij het lijk naar het baljuwschap, alwaar de baljuw het ontving, bijgestaan door zijnen griffier-crimineel, door twee schepenen, alsmede door twee chirurgijns.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek