Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juni 2025
Ik ben krankzinnig van geluk! Kijk.... wat ik u breng!" En hij wierp zijn diamant, meer dan hij hem legde, op de tafel tusschen de beide spelers. Evenals Nathan en Jacobus Vandergaart, begrepen deze beide mannen dadelijk wat er gaande was. John Watkins, die nog maar zeer weinig gin gebruikt had, was buitengewoon helder van geest.
Zij heeft niet vergeten, dat zij eene kleindochter is van Koning Jacobus I, en, bij 't afsterven van de Prinses van Oranje en die van Denemarken zonder wettig oir, de naastgerechtigde tot de kroon van Groot-Brittannië.
"De Heer Blaek!" herhaalde van zijn kant mijn gastheer, bijna terzelfdertijd: "is Jacobus Blaek de eigenaar van dat vorstelijk buitengoed?... Het moet hem dan wel zijn medegeloopen, sedert ik hem gekend heb: want toen zag het er sober uit met zijn tijdelijke goederen:... dan: waarover verwonder ik mij?" vervolgde hij, als tegen zichzelven sprekende en terwijl hij met zijn mes op de tafel speelde: "ik heb minder recht dan iemand om over de wisseling der fortuin eenige verbazing te toonen."
Bezit ik niet meer dan genoeg om mij te troosten, al was het maar alleen met dat juweel, dat ik in mijn vestzak kan meenemen en mij tegen alle ongeval kan behoeden?" "Dat's ook een dwaling, John Watkins," hernam Jacobus Vandergaart op kort afgemeten toon.
Dat kanon werd in de werkplaats van Jacobus Vandergaart op behoorlijke lengte afgezaagd en verschafte het werktuig wat noodig was, dat wil zeggen: een ontvanger, die weerstandskracht had om een buitengewoon hooge drukking in zijn binnenholte te kunnen verdragen.
En toch had die man veel ondervonden en doorstaan, veel gedaan, gedacht en gestreden; en schoon zijn lager slechts een deel uitmaakte van de grote trek, die onder leiding van zijn vader, de zeventigjarige patriarch Jacobus Johannes Uijs, een groot jaar te voren de Oranje-Rivier was overgetrokken, werd hij door de trek als de leidsman erkend, die hen in stonden van gevaar ten strijde moest voeren, en berustte het daadwerkelik bestuur van de trek bij hem.
Daar ligt op een bergtop het pelgrimsoord Rehkogel, waar een herder in het bosch geiten geknield vond liggen voor een beeld van de Moeder Gods. Te Krieglach dreef er eens een kruikje met het portret van den H. Jacobus op het meer, dat toen nog het dal vulde, en op de plek, waar het kruikje aan land spoelde, werd een kapel gebouwd.
"Wijsgeer zooveel ge wilt!" pruttelde de Engelschman, "maar vijftig millioenen zijn vijftig millioenen en die vindt men niet onder den hoef van een paard!.... Kijk, Jacobus, gij hebt mij heden waarlijk een grooten dienst bewezen, zonder het evenwel te weten.
En daar het nu officiëel uitgemaakt is, dat een vergissing heeft plaats gehad, zoo is de onvermijdelijke gevolgtrekking daarvan, dat die mijn tot mijn bezit wederkeert." Terwijl hij dat zeide, toonde Jacobus Vandergaart het officiëele dokument, dat van de vereischte handteekeningen en zegels voorzien was. John Watkins was niet op zijn gemak. Hij bewoog en draaide op zijn stoel.
Ga, bid ik u; volg uw eigen lot, en laat mij aan het mijne over!" Cedric wilde nader vernemen wat het oogmerk was, waarop zij zoo duister zinspeelde, maar hij hoorde de donderende stem van Front-de-Boeuf, die uitriep: "Waar blijft die trage priester? Bij den heiligen Jacobus van Compostella, ik zal hem tot een martelaar maken, zoo hij hier toeft, om verraad te stoken onder mijne bedienden."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek