Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Met deze woorden keerde hij zich naar den wagen, die al dicht bij het dorp was, en riep met daverende stem: "Halt, halt! Wacht wat, menschen, en 'k wil u toonen, hoe men een ezel behandelt, waarop de schildknaap van een dolenden ridder rijdt!" Don Quichot was met zulke gezonde longen begaafd, dat het volkje op de kar hem van woord tot woord verstond en zonder veel moeite zijn voornemen begreep.
Dit "halt" is een woord van een dubbele, schier tegenstrijdige beteekenis: voor marcheerende troepen behoort het tot de beweging; bij stilstand is het rust. Halt houden is de herstelling der krachten, 't is de gewapende en waakzame rust, 't is het volbrachte feit, dat schildwachten uitzet en op zijn hoede is. Halt houden veronderstelt het gevecht van gisteren en het gevecht voor morgen.
Hij reed er toen met groot geleide heen, en toen hij in het bosch kwam, zag hij een sneeuwwitte hertekoe, en sprak toen tot zijn gevolg: »houdt hier halt tot ik terugkom, want dat fraaie wild wil ik jagen.« En hij reed haar na, het bosch in; zijne dieren volgden hem. Zijn geleide wachtte tot den avond maar hij kwam niet terug.
Op een teeken van de kamprechters, aan wie de leiding van het spel was toevertrouwd, hielden de ridders halt en werden hun de tournooiwetten voorgelezen. Daarna verdeelden zij zich in twee groepen, die aan weerszijden van een touw, dat het krijt in twee gelijke helften verdeelde, plaats namen en ieder een aanvoerder kozen.
Te vergeefs beloofden we vorstelijke fooien aan de koetsiers, we komen toch nooit met grooter snelheid dan tien kilometer in het uur vooruit. Bij elke halt stapten we uit, om onze beenen te strekken. Het werd donker en we waren nog onder weg. Daar moesten we over een rivier. Een der bogen van de brug was ingestort. De koetsiers verklaren, dat ze de doorwaadbare plek in donker niet kunnen vinden.
Wij brengen den nacht door in het dorp Nogaï-Kourgane, waar wij onze tent, onder den blooten hemel, in de schaduw van prachtige boomen, opslaan. Den volgenden morgen zetten wij onze reis voort. Ik zal mijne lezers niet vermoeien met eene opsomming van alle bijzonderheden van dien tocht, en eene beschrijving van al de plaatsen waar wij halt hielden.
Indien zij dus zeil zetten, zouden zij gevaar loopen om Noord te halen en een gedeelte van het West dat zij eens gemaakt hadden weder te verliezen. Daarenboven werd de deining sterker, terwijl eene sterk opkomende zee de positie nog lastiger maakte. Zij bleven dus vrij lang halt houden. Zij rustten niet alleen uit maar gaarden ook krachten, door op nieuw hun voorraad aan te spreken.
Daar komt om twaalf uur Aimé terug met drie paarden en een tweeden koetsier. Met groote moeite krijgen ze nu de diligence in beweging; maar we komen slechts stapvoets vooruit. Twee uren hebben we noodig, om de eerste halt te halen. Vreeselijk was die vierde dag, onuitsprekelijk van ellende. In den avond reden we maar sukkelend voort van negen tot één uur bij prachtig sterrenlicht.
Juist toen de troep de plaats bereikte, waar de oevers van de beek uiteenliepen om de vlakte te vormen, keerde de Apache terug. Hij kwam in galop aanrijden, en wenkte reeds van verre, dat men halt moest houden. Dat was geen goed teeken, en daarom vroeg Old Firehand, zoodra Winnetou dicht genoeg bij was: "Mijn broeder wil ons waarschuwen. Heeft hij de Utahs gezien?" "Ja, hen en hun legerplaats."
Om hem niet in de war te brengen, liet ik hem begaan; maar het ging al hooger, en na een paar uren bekende hij, totaal verdwaald te zijn. We hielden halt en voelden ons ellendig, daarbij vergeefs moeite doende, om een pijp aan te steken. Ik wilde probeeren, den marsch met het kompas voort te zetten, toen we gelukkig diep onder ons uit den dalketel de tonen van een trommel hoorden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek