Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 september 2025
Westwaarts ging hij; want naar de andere zijde uit hadde hij den boortoren zien rijzen tusschen de boomen, en hij haatte, hij vluchtte dat gezicht, de dreigende vuist boven zijn parochie, zijne kudde en de velden. Twee kleine dreumessen gingen hem voorbij met bloemen in hunne knuistjes. Boven bij de stengels hielden zij de korenbloemen omkneld, bij den hals, als moesten zij ze wurgen.
Hij vervulde echter zijn belofte, Beatrijs gedaan, in tegenwoordigheid van den ridder Savari, en hij kroonde haar als de koninginne van Lilefoort. De booze Matabrune moest wel doen, alsof zij tevreden was, al haatte ze Beatrijs, de schoone koningin. Matabrune verzoende zich niet met Beatrijs, en ze was niet gelukkig met allen, die Oriant liefhadden.
Aan zijne zijde stond Lodewijk van Nassau, Oranje's broeder, die van heeler harte het pausdom en zijne bloeddorstige verdedigers haatte. Hij was een voortreflijk en dapper soldaat, even vroolijk, ja somtijds even uitgelaten als de dolle Hendrik van Brederode, maar niet, gelijk deze, aan de dronkenschap verslaafd.
Vroeger kwam hij in zijn ouden rok, nu droeg hij dagelijks zijn nieuwen rok; 't was niet zeker of hij zich niet liet friseeren; zijn oogen waren ook zoo wonderlijk; hij droeg handschoenen; kortom, Jean Valjean haatte dien jongeling van ganscher harte. Cosette liet niets blijken.
Stinkende dampen spiraalden en waaiden uit zijn mond, omwalmden mijn drie witte narcissen. Dat gaf me een heftig gevoel van vijandschap voor dien man. Hij was me vreemd en ik haatte hem dadelijk. Het was een korte, heftige haat, daar hij zoo plomp bevuilde mijn albasten bloemen, mijn drie gouden harten. Ik ging staan verder op. De zuiging van den wind wuifde als een koele adem om de narcissen.
Zij dacht niet aan sterven; zij lag er alleen op te wachten, dat ze beter zou zijn om met Gösta naar den geestelijke te gaan om hun huwelijk te laten sluiten. Maar nu was de ziekte voorbij, de koorts af. Zij was weer koud en verstandig. 't Was haar, alsof zij de eenige wijze in een wereld van dwazen was. Zij haatte niet en had niet lief. Zij begreep haar vader, zij begreep hen allen.
Ja, u hebt gelijk gehad, toen u mij voor een waanzinnige hield ... Maar de valschheid en trouweloosheid van de menschen maakten, dat ik ze verachtte en haatte ... Ja, ik haatte de menschen, omdat ze mij ... terug gestooten hadden.
O, ze haatte, haatte Oom; ze voelde opeens fel al de rampzalige schaamte over die familie van de'r, ze snakte terug naar het Hang, waar ze beter was, waar ze zich thuis voelde; weg wou ze van zulke liederlijkheid; en het was toch de familie.
Door de ondervinding geleerd haatte hij eene armoede die tot bedelen doemt, eene afkomst welke aan het platburgerlijke vermaagschapt. Maar zijn edel hart en zijn groot verstand behoedden hem voor de dwaling, in de eene of andere rigting aan het uitwendige meer te hechten dan het waard is. Zij heeft hem diensten bewezen, de nederlandsche schooijerswereld uit welke hij voortkwam.
Niet-alleen haatte hij Emma niet en zou hij om niets ter wereld zijne verbindtenis met haar hebben willen verbreken, maar hij gevoelde, dat hij haar hartelijk liefhad; vooral nu hij als van ouds den arm geslagen hield om haar lief figuurtje, en zij haar geestig kopje weder rusten liet aan zijne borst.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek