Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juni 2025


Met zijn handje in de hare stond zij op en zeide: "Wij zijn thuis! Wij zijn, waar vader gewoond heeft en waar hij wilde, dat wij ook zouden wonen. Kijk maar eens, hoe hij alles voor je in orde heeft gemaakt. Daar hangt je zweep en je hoepel! En hier in de eetkamer staat je eigen kleine tafeltje met een groote, nieuwe trom er op." Helle nam de trom op, maar zette die dadelijk weer neer.

Maar, dit is niet alles: zeg mij, waarom komt ge mij ondervragen en mij van Lodewijk XVII spreken? Ik ken u niet. Zoolang ik in deze streek ben, heb ik op deze plaats gewoond, geheel alleen, ik zette geen voet er buiten en zag niemand dan dezen knaap, die mij helpt.

In den regel was het niet de heer, de eigenaar van zulk een landgoed, die den naam daarvan als geslachtsnaam aannam, maar de rentmeester of de tuinbaas of een pachter, als zy er jaren lang gewoond hadden, en als 't ware met zulk een landgoed vereenzelvigd waren geworden. Men kent zulke nieuerwetsche burgnamen wel aan hunnen soms gewrongenen, ook burgerliken form; b. v.

Anderhalf jaar lang had zij gereisd, of, zoo zij niet bij heur oom Vere te Brussel vertoefd had, bij vreemden gewoond, altijd bij vreemden, zonder een plekje gekend te hebben, dat zij haar eigen kon noemen.

Dikwijls stond George's stoel bij de deur harer hut, en dan kon Cassy, als zij hare deur openliet, het gesprek hooren. Madame De Thoux deed zeer omstandig navraag naar Kentucky, waar zij zeide dat zij vroeger had gewoond.

Wij zullen het droefgeestige »Valladolid« voorbijgaan, dat een beschrijving geeft van het bezoek van een ridder aan het graf zijner geliefde, die in deze stad gewoond had. »De Ongelukkig-Getrouwde Vrouw« verhaalt het leed van een dame, wier echtgenoot haar ontrouw is, en die zich met een anderen ridder troost.

Na hetgeen ik reeds gezegd heb, is het mogelijk dat in deze streken, sedert de alleroudste tijden, Slawische stammen gewoond hebben, zonder dat zij zich intussen en op den voorgrond stelden.

Zij sprong naar de deur om te ontvluchten, maar op de trap haalde haar een man in en bracht haar terug; en toen zij hem aanzag was het koning Lijsterbaard zelf: hij sprak haar vriendelijk toe: »Wees niet bevreesd, ik ben de speelman, die met je in het arme huisje heeft gewoond: uit liefde voor je heb ik mij zoo vermomd, en de huzaar, die je pannetjes stuk reed, was ik ook.

Op dezen volgde een ontelbaar aantal geesten, zielen enz.; de meesten van dezen hadden op aarde gewoond en waren gezamenlijk bekend als: "de levenden".

Hoeveel maanden, weken of dagen hadden zij er in gewoond? Waren zij vrijwillig vertrokken? Of waren zij opgelicht? Door wie? Door inboorlingen? Maar het woud ging voor onbewoond door! Zouden zij door wilde dieren verscheurd zijn? Leefden dr. Johausen en zijn bediende nog? Op geen van deze vragen konden onze vrienden antwoord geven.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek