United States or Botswana ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hoeveel maanden, weken of dagen hadden zij er in gewoond? Waren zij vrijwillig vertrokken? Of waren zij opgelicht? Door wie? Door inboorlingen? Maar het woud ging voor onbewoond door! Zouden zij door wilde dieren verscheurd zijn? Leefden dr. Johausen en zijn bediende nog? Op geen van deze vragen konden onze vrienden antwoord geven.

Het eerste was donker en er was niemand in; maar door de openstaande tusschendeur zag men een flauw lichtschijnsel en daar, op een divan tegen den achterwand, lag dokter Johausen. Blijkbaar was dit meubelstuk met enkele andere, die hier stonden, tegelijk met den eigenaar uit de getraliede kooi hierheen gebracht.

En deze werd afgelegd onder dezelfde omstandigheden als de vorige dagen en toen tegen het vallen van den avond het licht weder verdween, kon men berekenen in het geheel ongeveer zestig kilometer te hebben geloopen, sedert men den oever van de Rio Johausen verliet. Kort daarop was het drietal in slaap, maar, was het een droom?

In de zonnestralen fonkelden de waterdruppels op bladeren en grashalmen als diamanten. De grond, die zeer snel opgedroogd was, was voortreffelijk begaanbaar, maar gelukkig behoefde men er nog geen gebruik van te maken. De Rio Johausen stroomde altijd nog in Zuidwestelijke richting en Khamis twijfelde niet of hij zou binnen veertien dagen de Oebanghi bereiken.

Max Huber snelde naar binnen en vond eenige kostbare voorwerpen: een pan, een kop, een wollen deken, een bijl, en een half vergaan brillenhuisje! In een hoek stond een koperen kistje, zoo verroest, dat hij het niet open kon krijgen. Eindelijk met behulp van een mes gelukte dit en in het kistje lag een aanteekenboekje, waar buiten op een naam te lezen stond: Dokter Johausen.

De vrouw was kleiner en had een zachtaardiger uiterlijk; haar tanden waren prachtig wit, maar wat John Cort vooral opviel, waren hare sieraden: glazen kralen en paarlen en om haar hals de medaille van Dr. Johausen, zooals haar kind er ook een had.

Max Huber legde voorzichtig aan, het schot knalde en werd door een klagend gebrul beantwoord. Het dier stortte neer, gleed langs den hellenden oever en kleurde het heldere water van de Rio Johausen met een rooden bloedstraal.

"Dokter Johausen!" riep John Cort nog eens en met nadruk, maar de ongelukkige gaf geenerlei blijk zich dien naam te herinneren. "Hij wilde tusschen de apen wonen en is zelf een aap geworden", zei Max Huber. Er bleef dus niets anders over dan te vluchten en haastig verlieten zij het vertrek en ijlden naar buiten.

Maar op het gerucht dat de bezoekers maakten, richtte de dokter zich half op en wendde hij zijn hoofd om. Werd hij juist uit een diepen slaap wakker? Het was waarschijnlijk, want hij scheen de tegenwoordigheid der vreemden niet goed op te merken. "Dokter Johausen", zei John Cort in het Duitsch, "mijne vrienden en ik komen Uwe Majesteit onze hulde betuigen..."

Hoe lang zouden John Cort, Max Huber, Khamis en Llanga in dit dorp blijven? Zou alles goed afloopen, zou er geen onraad komen? Van vluchten kon geen sprake zijn, daartoe werden zij te goed bewaakt. Maar al ware dit niet het geval geweest, hoe zouden zij dan den rand van dit onmetelijke woud kunnen bereiken, of de Rio Johausen terugvinden?