United States or Peru ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het huis was feitelijk boven de rivier gebouwd, en onze ramen zagen vlak op het water uit, zoodat het ruischen van de snel stroomende golfjes ons herinnerden aan strandgeluiden van het dierbare Engeland. Er waren een paar mooie bosschen in de buurt, waar we vaak met onze thee heen verhuisden en den tijd genoegelijk sleten met roeien en baden en visschen in de rivier.

We hebben de eetkamer gemeten, en 't bleek dat er precies plaats was voor achttien paren; zoodat alles juist werd geschikt volgens mijn idee. U ziet dus wel, wanneer men maar weet, hoe men moet te werk gaan, dan kan men 't in een landhuisje even goed en genoegelijk hebben, als in een ruim en deftig heerenhuis."

Juffrouw Henriëtte, die hare gunsten aan mijnheer du Bessy verkocht en ze af en toe, gratis, ter nagedachtenis van een genoegelijk verleden, aan Florjan Pacôme en een vagen onderofficier der grenadiers toestond, zoude zich onder de meer preciese benaming van straathoer zeer gekrenkt hebben gevoeld.

Met deze woorden verliet hij zijn vrouw. Toen de drakenkoning terugkeerde, begon de koningin hem te liefkoozen en genoegelijk met hem te babbelen; eindelijk zei zij: "Wat bewonder ik uw prachtig paard! Het is stellig geen gewoon ras! Waar hebt gij zulk een vlug ros gevonden?" En de drakenkoning antwoordde: "O, zijns gelijke kan niemand krijgen.

Het water is grijs, en de lucht hangt laag in grijsheid, en tusschen die beide grijze doen de verschillende tinten van bruin van de hutten, het touwwerk en de zeilen en dan het groen van het riet genoegelijk aan. Groote vluchten cormorans scheren over de golven; bij honderden vliegen ze achter elkaâr aan, maken wendingen en draaien om ons heen. Het weêr is drukkend, zwaar en vochtig.

En Bavink was niet zooals we hem graag zagen, wanneer Lien er bij was en had een neiging om haar voortdurend te knijpen. Dat was hinderlijk. Gelukkig liet hij haar al heel gauw weer thuis, omdat-i dacht, dat Lien mij oogjes gaf. Bekker zei: "Meiden, dat is niks" en rookte met bizonder welbehagen z'n steenen pijpje toen ze er voor 't eerst weer niet bij was. Het was dien avond ook heel genoegelijk.

Triomfeerde zij, wij zouden niet-alleen in Staat en Kerk en School, in onzen handel en in onze nijverheid den treurigsten achteruitgang waarnemen; neen, ook ons gezellig verkeer zou gestoord zijn, en eene bijeenkomst als de onze op dit oogenblik, zoo genoegelijk en vriendschappelijk, zou weldra tot de onmogelijkheden behooren.