Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 mei 2025


Jullie moeten niet lachen, zei Cecilianus, boos, de vuisten gebald. Mijn broêrtje is zeker nu dood....! En hij snikte het uit, terwijl de decanus hem troostte. Neen, neen, zeiden de soldaten. Decanus, zeide de dominus bleek; ik moet oogenblikkelijk de edele Crispina spreken. Dominus, zei de decanus. Dat gaat niet. Het is veel te laat. Kom morgen vroeg; dan kan mijn plaatsvervanger je aankondigen.

Hij zag Dorian Gray in stomme verbazing aan. Hij had hem nooit zoo gezien. De jongen was doodsbleek van drift. Zijne handen waren gebald en de pupillen zijner oogen waren schijven blauw vuur. Hij trilde over het geheele lichaam. Dorian! Spreek niet! Maar wat scheelt er aan?

De storm eindigde niet, en dreefhet schip Westwaarts en Oostwaarts, Noordwaarts en Zuidwaarts; geen stuurmanskunst kon het leiden. De storm was meester. De kapitein van der Decken stond bij de mast, en had zijn handen tot vuisten gebald. "De duivel! ik zal het land bereiken, al zou ik tot den jongsten dag moeten varen." "Hahaha," joelde de storm. "Hahaha," lachte de duivel.

De half neergeslagen oogen, het even gebogen hoofdje, het bijna verlegen afgewende gelaat, alles draagt daarvan de uitdrukking; de rechterhand, niet vast en krachtig tot vuist gebald, maar zacht en mild, en nauwlijks toegesloten; de linker, die op de eerste prent vol grootheid zich opheft bij het veelzeggend woord, maakt hier een vriendelijk, bijna weifelend gebaar, niet verder dan ter hoogte van de borst opgeheven.

Zij had deze woorden uit gesproken met toornig fonkelende blikken, doch nu liet zij de kleine hand, die zich tot een vuist had gebald, zakken, en ging op een geheel anderen toon voort: »Er kunnen nog maanden voorbijgaan, eer hij sterk genoeg is den aanval te wagen, en de goden zelve hebben het oprichten van het grafteeken goedgekeurd.

En om den dominus stond er zijn grex zij waren door de deuren van het proscænium in de portiek gekomen en de dominus, de vuisten gebald, snikte er als een kind, terwijl een vloed van woorden hem de lippen ontwelde. Om hem stonden Lentulus, Thymele, Latinus, Gymnazium; Cosmus kwam aan.... Zij poogden hem te bedaren, angstig ziende om zich heen.

De God van hemel en aarde stond achter hem: "Consummatum est, ga mee en zie." Om half elf vonden hem Bonger en Graafland. Bonger had den sleutel bij z'n schoonmoeder gehaald. Geheel naakt stond hij in 't midden van de kamer. Z'n linkerarm hing langs z'n lijf, de vuist was gebald, de rechterarm was geheven en wees met den wijsvinger naar boven.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek