Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juni 2025
Steeds bedacht op middelen om zijn relatiën met de Duitsche hoven een vasteren vorm te geven, had Napoleon tegelijk met den vrede de toestemming verkregen tot een huwelijk tusschen zijn stiefzoon Eugène en een dochter van den nieuwen koning van Beieren.
Nu het eenmaal beslist is, wil Napoleon de familie raadplegen; hij beschouwt dit als een soort toewijding voor Joséphine en tevens om Hortense en Eugène in de achting van de natie te doen stijgen en hun rechten te bevestigen.
In-plaats daarvan sloot hy haar de glasdeur voor den neus dicht, en ging op 't kantoor aan m'nheer Eugène zeggen: dat mevrouw Kalbb daar was: "voor huis" naar-i giste. Zeker, ze kwam voor "huis" en was zeer boos "dat die jongen 't in z'n hersens had genomen, háár niet doortelaten."
Hier ontvloog haar eerst een gil ... en zij stortte machteloos met haar kind op het tapijt. Arme moeder! Zij had met een vluchtigen blik haren Eugène en hare Virginia gelijkt zien liggen. Toen zij langen tijd daarna ontwaakte, bevond zij zich in de zaal en in den stoel, dien zij verlaten had. Eene jonge vrouw hield een harer handen en was met teedere zorg bezig, haar tot het leven terug te roepen.
En hy deed inderdaad niets. Sedert eenige dagen reeds tobde hy met 'n deficit van drie stuivers in de "kleine kas" en pynigde zich met zoeken naar de oorzaak van die vreeselyke gaping. Maer, m'nheer, kan er ook misschien 'n brief zyn geweest voor "huishouden?" Wel mogelyk, antwoordde Eugène, op 'n toon van: "wat kan 't my schelen!"
Terwijl Berthier, Leclerc, Murat, Duroc, Lavalette, Marmont en Eugène, ieder in zijn eigen kring en bij zijn eigen wapen druk in de weer waren om steeds nog meer aanhangers te werven, had Lucien, sinds 22 October president van den Raad van Vijfhonderd op zich genomen deze heeren tot medewerking over te halen, en was hierin zoo goed geslaagd, dat de groote meerderheid zich vóór den staatsgreep had verklaard.
Nu... ik heb 'n Buitenplaats... by Haarlem in den Hout... och, Eugène, hy weet zeker niet wat "den Hout" is. Zeg, weet je wel? N...e...e...n, m'nheer! Wouter jokte. Hy wist zeer goed wat "den Hout" was. Dit stond immers in z'n geografieboekje? En... Laurens Coster dan, met z'n vermoeiende uitvinding! Welke Hollander zou "den Hout" niet kennen?
Ik zie altemaal lichten voor mijne oogen.... Ai mij! nu krijg ik pijn in mijn lijf." Mevrouw Van Valburg sprong op als uitzinnig, en riep uit al hare kracht op den knecht, die ook schielijk kwam toegeloopen. "O, Pieter," huilde zij, "Eugène heeft de cholera. Gauw, loop om dokters en heelmeesters, de eersten de besten. Zend ze altemaal, die gij vindt; en vergeet mijnheer Schippers niet.
De jongeheeren Pompile en Eugène waren gewoon zoo tegen twaalven het kantoor 'n uurtje te verlaten, om te gaan "koffiedrinken en 'n broodjen eten by mama." Aldus luidde onveranderlyk de aankondiging van Pompile, waarmede hy aan de "heeren van 't kantoor" verlof scheen te geven ook iets te gebruiken ... als ze wat hadden.
Door een aantal bedienden vergezeld, verscheen hij in Dsjoelfa, ging naar het huis, waar Eugène Bourrée als muzelman gekleed hem wachtte, nam den prediker in zijn gevolg op, en begaf zich met hem naar Ispahan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek