Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 mei 2025
Maar kom, Demetrius, En Egeus ook; ik wil u onder ons Eens zeggen, wat ik denk van deze zaak. Gij, schoone Hermia, houd u bereid Uw hoofd te buigen voor uws vaders wil; Want anders eischt Athene's wet, door ons In 't minst niet te verzwakken, uwen dood, Of doemt u tot den ongehuwden staat. Hippolyta, hoe is 't, mijn lieve bruid?
EGEUS. Heil Theseus, onzen grooten hertog heil! THESEUS. Dank, Egeus, dank! Gij wilt iets vragen? Spreek! EGEUS. Vol leedgevoel verschijn ik en verklaag Mijn kind hier, mijne dochter Hermia. Treê voor, Demetrius.
Gij, Egeus, moet u voegen naar mijn wil: Dat beide paren in den tempel nu Gelijk met ons een eeuw'ge knoop verbind'. En daar de morgen reeds ten deel verstreek, Zij nu de ontworpen jacht ter zij gesteld. Komt, naar Athene! Een feest van drie bij drie Zij thans gevierd, dat nooit zijn weerga zie! Wij gaan, Hippolyta.
EGEUS. Genoeg, genoeg; mijn vorst, dit zij genoeg; Thans treff' de wet, de wet, zijn schuldig hoofd! Te vluchten was het plan, het plan, Demetrius! Ze wilden ons berooven, u en mij, U van uw vrouw, mij van mijn vaderrecht, Dat recht, waardoor ik haar aan u reeds gaf.
Komt, Egeus en Demetrius, wij gaan; Ik heb u noodig voor ons huwlijksfeest, Maar deel het een en ander bovendien U meê, dat van nabij uzelf betreft. EGEUS. Wij volgen u, naar plicht en eigen wensch. LYSANDER. Hoe is 't, mijn lief, hoe ziet uw wang zoo bleek? Hoe zijn de rozen er zoo snel verwelkt? HERMIA. Wellicht wijl regen haar ontbreekt, ofschoon Mijn oogen rijk genoeg in tranen zijn.
EGEUS. Mijn vorst, dat is mijn dochter, die daar slaapt; Daar is Lysander, hier Demetrius, Hier Helena, des grijzen Nedars kind; Ik sta verbaasd, dat zij hier samen zijn. THESEUS. Zij kwamen zonder twijfel vroeg de Mei Hier vieren, en, verwittigd van ons plan, Vertoefden zij, ter wille van ons feest. Maar Egeus, spreek, is 't heden niet de dag, Dat Hermia haar keus verkonden moet?
Lysander, geef Voor mijn goed recht uw krachtlooze aanspraak op! LYSANDER. Gij hebt haars vaders gunst, Demetrius; Trouw dus met hem en laat mij Hermia. EGEUS. 't Is waar, gij spotter, hij bezit mijn gunst; En al het mijne schenkt mijn gunst aan hem; Ook zij is mijn, en al mijn recht op haar Verleent mijn gunst nu aan Demetrius.
"Verbeeld u nu," zeide Suzanna, nadat het verhaal geëindigd was, dat Papa, die eergistermorgen niet anders dacht, of Ferdinand was door den Minotaurus ingeslokt, uit pure wanhoop denzelfden coup had willen doen als wijlen de Heer Egeus, en gij over hem stondt, als Badeloch uitroepende: "Waar wilt gij heen? u zelf verdrinken in de gracht? Wat zou dat een treffend schouwspel hebben opgeleverd."
EGEUS. Zoo is 't, mijn vorst. THESEUS. Nu, laat de jagers hen met horens wekken! THESEUS. Zoo, goeden dag! Sint Velten is voorbij; En paren deze vogels eerst van daag? LYSANDER. Vergeving, heer. THESEUS. Staat, bid ik, op. Ik weet, Vijandig zijt ge elkaar, als mededingers.
Wat zijn dat voor malle gezegden?" vroeg mijn moeder, die de geschiedenis van Egeus en Theseus niet volkomen helder voor den geest had. "Wel! laat Frits u die historie eens verhalen," zeide mijn vader. "Age puer! incipias!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek