United States or Faroe Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar zeg, man, is het etenstijd? DROMIO VAN SYRACUSE. Neen, heer, ik geloof, dat aan het vleesch nog iets ontbreekt, dat ik heb. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Een mooi ding, en wat? DROMIO VAN SYRACUSE. Het geklopt zijn. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Zoo, man, dan zal het niet malsch zijn. DROMIO VAN SYRACUSE. Als het zoo is, heer, dan bid ik u, eet er niets van. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waarom niet?

DROMIO VAN EPHESUS. Heer, 'k moest u zoeken op de markt en vragen, Dat ge in uw huis, den Fenix, eten komt; Daar wacht mijn meesteres u, met haar zuster. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Zoo waar ik christen ben, gij zult mij zeggen, Waar 't geld in veiligheid geborgen is, Of ik sla u dien bol vol grappen in, Die schertsen blijft, als ik geen scherts versta. Waar zijn die duizend mark, die ik u gaf?

DROMIO VAN EPHESUS. Dat "schavuit", heer, wis blijft het u bij, waar ge ook gaat. ANGELO. Hier wacht noch maal noch welkomst ons, en beiden trokken ons aan. BALTHAZAR. Wat beter was, bleef onbeslist; nu zullen zij beide ons ontgaan. DROMIO VAN EPHESUS. Uw gasten zijn er, meester; laat hen niet buiten staan. ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Wij komen niet in de haven; de wind is ons hier tegen.

Daar komt mijn trouwe levensalmanak. 41 Hoe is 't? wat keert gij daar zoo ras terug? DROMIO VAN EPHESUS. Zoo ras terug? zeg eer, zoo laat pas hier!

DROMIO VAN SYRACUSE. Dat herkende ik aan de onvruchtbaarheid, midden in de holte van haar hand. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Frankrijk? DROMIO VAN SYRACUSE. Op haar voorhoofd, dat afvallig is en in opstand tegen zijn hoofd. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Engeland?

DROMIO VAN SYRACUSE. Ik zocht naar de krijtbergen, maar kon niets wits vinden; doch ik gis, dat het op haar kin lag, van wege den zilten stroom tusschen haar kin en Frankrijk. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Spanje? DROMIO VAN SYRACUSE. Op mijn eer, dat zag ik niet, maar ik voelde de hitte er van in haar adem. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Waar Amerika en de beide Indiën?

ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Wat, schurk! gij hebt de ontvangst van 't goud geloochend, Van een meest'res en van een maal gesproken, Maar weet nu, hoop ik, dat die grap niet smaakt. DROMIO VAN SYRACUSE. 't Verheugt mij, dat ge in scherts behagen hebt. Maar wat bedoelt gij, heer? wil 't mij verklaren. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Zoo, waagt gij 't weer, den draak met mij te steken? Acht gij dat scherts?

DROMIO VAN SYRACUSE. Niet Adam, den paradijsbewaarder, maar Adam, den gevangenbewaarder; die wandelt in het vel van het kalf, dat voor den Verloren zoon geslacht werd; die achter u aansloop, heer, als een booze geest, en u beval uwe vrijheid te verzaken. ANTIPHOLUS VAN SYRACUSE. Mensch, ik versta u niet.

DROMIO VAN SYRACUSE. Is dat loopen! ADRIANA. Waar is uw meester, Dromio? Is 't hem wel? DROMIO VAN SYRACUSE. Hij is in 't voorportaal, neen, in de hel!

ANTIPHOLUS VAN EPHESUS. Koop gij, terwijl ik naar den goudsmid ga, Mij een eind touw, want dat heb ik bestemd Voor mijne vrouw en die haar helpers waren Om op den dag mij buitenshuis te sluiten. Maar stil, ik zie den goudsmid daar. Ga vlug, En koop het touw en breng 't mij thuis. DROMIO VAN EPHESUS. Dat is 20 Wel duizend ponden 's jaars mij waard! een touw!