Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 mei 2025
De eerlijke Altenburger stond op dit oogenblik bijna meer angst uit dan de gewurgde, die daar lag met gesloten oogen, telkens moeilijk naar lucht happende, totdat eindelijk de oogleden opengingen; toen staarde hij lang, met een meer en meer tot bewustheid komenden blik, den over hem heen gebogen Droll aan, en vroeg toen met een heesche stem: "Is het mogelijk? Tante Droll!"
Eensklaps zweeg hij, want daar vóór hen klonk plotseling een gehuil uit honderden kelen geen gehuil van smart of van woede, maar van gejubel. "O, nu zijn zij met de gevangenen in aantocht," sprak Droll. "De Groote Wolf komt van het noorden, en wij komen van het zuiden. Nu moeten wij bepaald weten, wat zij met hen willen aanvangen."
Er verliep een geruimen tijd, eer zich iemand hunner liet zien. Eindelijk kwamen de knechts terug. Zij hadden de Indianen gevonden, en die medegebracht; ze legerden nu op eenige honderden passen afstands van de tramps af aan de rivier, en waren bereid om bij het eerste schot, dat zij hoorden knallen, op hen in te dringen. Nu kwam ook Droll met Bill en de Uncle.
Hij greep den arm van Droll, om dien met zich voort te trekken; maar deze door zijn geslepenheid bekende jager hield hem terug, en zei met zulk een bevende stem, dat men hooren kon hoe ook hij ontsteld was: "Hier blijven! Niet zoo holderdebolder er op los! Als de Indianen nu bij nacht een overrompeling ondernemen, zijn er zoo ontzaglijk velen bijeen, dat wij niet voorzichtig genoeg kunnen wezen.
Fred Engel zat bij het vuur, hield met beide handen zijn gelaat bedekt, en weende. "Ja, wel afschuwelijk, wel ijzingwekkend!" zei Droll. "Het verwekte dan ook groot opzien en groote ontsteltenis. Er werden nasporingen gedaan in alle richtingen, maar vruchteloos. De twee broeders Engel hadden in St. Louis een zuster, de vrouw van een rijken rivier-reeder.
Ook de rafters waren niet minder gehaast. Menig hunner liep tegen een boom, en liep zoodoende een kwetsuur op, zonder er echter acht op te slaan. Toen de rafters vervolgens beneden bij het vuur kwamen, zaten Old Firehand, Tom, Droll, de Missouriër en Fred er omheen, zoo rustig en bedaard, alsof het opzettelijk voor hen aangelegd, en er niets buitengewoons voorgevallen was.
Daar gingen zij recht overeind staan, en ieder vatte post achter een boom, die hem tot beschutting diende. Zij bevonden zich in volslagen duisternis en hadden de tramps duidelijk genoeg voor zich, om met juistheid op hen te kunnen mikken. Nu bracht Droll de hand aan den mond, en liet een kort vermoeid gekras hooren, als van een roofvogel, die een oogenblik wakker wordt uit den slaap.
Dan zal het er toch wel op uitdraaien, dat het doel van hun tocht een bonanza, een rijke erts-ader is, die zij eerst in het geheim willen onderzoeken, en die zij, als het onderzoek goed uitvalt, hopen uit te graven. Het spijt mij, dat gij de plaats niet weet, waar zij naar toe willen." "Die hebben zij niet genoemd. Maar het schijnt dat zij den Zwartbaard en ook die Tante Droll willen meenemen.
Juist werd er nieuwe brandstof op het genoemde vuur geworpen; de vlam sloeg hoog, en bescheen de gevangen bleekgezichten, die nu gebracht werden. "Nu is goed oppassen de boodschap," zei Droll. "Kunt gij in een boom klimmen, neef?" "Als een eekhoorn." "Dan maar gauw den boom in. Als wij boven zijn, hebben wij een veel vrijer en beter uitzicht, dan hierbeneden."
Zoo gevaarlijk, als Droll door den kornel voorgesteld werd, zag hij er waarlijk niet uit; integendeel, de aanwezigen hadden alle moeite, om bij zijn verschijning niet in een kwetsend gelach uit te barsten. Nu, hij op het dek stond, kan men pas met juistheid opnemen en zeggen, wat eigenlijk zijn kostuum was.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek