Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 juni 2025


En dan, wat elken denker de oogen telkens naar dat tijdperk moet doen heenwenden, het is daarin, dat de ziel zich heeft beginnen te vormen, dat de geest eene beslissende, dikwijls voor het leven beslissende, richting heeft genomen. Het is dus eene onmisbare bron voor de verklaring van ons geestelijk zijn.

Hij was echter veel te ongeduldig en te verlangend om dien denker te volgen in zijn "geometrischen" betoogtrant, welke den lezer slechts met kleine pasjes vooruit brengt, en geen bewering toelaat, voordat de gronden waarop zij steunt volkomen vaststaan.

Gedrongen en gebukt, met ik weet niet wat voor trotseerende macht in het naar beneden gebogen voorhoofd, zit hij daar, in zich gekeerd en verzonken, een denker van het bestaan. En hoe wijd verschillend is de aanblik der dingen, gelijk hij ze in den spiegel zijner gedachten opneemt, van den schijn waarmee de menschen hen omgeven!

Maar nu heb ik dit opgelet, dat Gorter en mevrouw Holst, om maar twee van de allervoortreffelijksten te noemen, die als dichter en als denker zich hebben doen kennen, daarom afwijken van Heijermans en van mij, maar vooral van mij, omdat zij absoluut niet beschikken over dramatisch objectivatie-vermogen. Zij hebben nooit romans geschreven.

Er zijn oogenblikken, waarin men zich zelven vergeet; de smart houdt op den ongelukkige te kwellen; alles verdwijnt uit de gedachte; de kalmte hult den denker als in nacht, en in de schemering rijzen er sterren in de ziel op, evenals zij aan den hemel oprijzen.

Wij zijn overtuigd dat, zoo de zielen voor het oog zichtbaar waren, men duidelijk het zonderling verschijnsel zou zien, dat ieder individu van het menschelijk geslacht met een of andere diersoort overeenkomt; en men zou zich gemakkelijk van de nauwelijks door den denker vermoede waarheid kunnen overtuigen, dat van de oester tot den arend, van het zwijn tot den tijger, alle dieren in den mensch zijn, en ieder hunner in een mensch is.

Vele omstandigheden dragen er toe bij, dat onze reiziger zijn aandacht aan het openbare leven onttrekt en die geheel wijdt aan kunstbeschouwing: als protestant èn als denker heeft hij een afkeer van het Roomsche volksleven, dat zich in het onmenschelijke Carnaval-rumoer karakteristiek teekent.

De vooruitgang doet de groote menschelijke en aardsche reis naar het hemelsche en goddelijke; hij heeft rustperken, waar hij de achterblijvers wacht; hij heeft stilstanden, waar hij overdenkt; in het gezicht van een schitterend Kanaän, dat zich eensklaps aan den horizon onthult; hij heeft zijn nachten dat hij slaapt, en voor den denker is het een der vlijmendste smarten de menschelijke ziel in de schaduw te zien en in de duisternis rond te tasten, zonder den slapenden vooruitgang te kunnen wekken.

Goethe had als jongen reeds in de boekerij zijns vaders een werkje over Spinoza gevonden van den Nederlandschen predikant Colerus, die zijn beschouwingen over dezen denker met de grofste en de verfijndste scheldwoorden doorspekt. Op het titelblad een dwaas portret van Spinoza met het bijschrift: "Signum reprobationis in vultu gerens", d.i.: Hij draagt het teeken van verworpenheid in het gelaat.

De mensch, die voor het eerst den kop van eenen mammouth of een hert geteekend heeft op eenen gepolijsten horen, de mensch, die het eerst eenen ruiker van wilde bloemen voor zijne beminde heeft bijeengebracht, die voor het eerst een lied gezongen heeft of het eerst de snaren tokkelde, de eerste kunstenaar, de eerste denker voelde op dat oogenblik noch honger, noch koude.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek