Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 13 mei 2025
Vaak ziet men, dat op smakelijkheid of op het behoud van voedende kracht geheel geen acht wordt geslagen, als bijv. de spijzen op een veel te sterk vuur zijn gezet, zoodat de damp de geheele keuken vervult en naar buiten ontsnapt, alsof het er om te doen ware den buren haarfijn te doen weten, wat er zal worden opgedischt.
De wetenschappelijke leden der expeditie begonnen hun aandacht te wijden aan hun eigen speciale vakken, en de belangwekkendste ontdekkingen werden weldra gerapporteerd. De meteoroloog was gelukkig in de buurt van den Erebus, want de wolk van damp, die steeds boven de kruin hing, was een natuurlijke aanwijzing van bewegingen en toestanden in de hoogere lagen van den dampkring.
Het water spoot hoog op, en weldra hing een gele damp boven alles en hulde de omgeving in zware wolken. De stooten duurden nog in minder sterke mate den heelen nacht, waarbij we het neerstorten van de steenmassa's in het woud hoorden. Toch sliepen we niet slecht onder een waggelend dak.
Men wist niet hoe het gebeurd was, de agenten en stadssergeanten "begrepen er niets van," hij was in damp veranderd, uit de handboeien gegleden, door de reten van het rijtuig heengeslopen; men wist niets anders te zeggen, dan dat, toen men aan de gevangenis kwam, Claquesous verdwenen was. Daar school iets van tooverij of politie onder.
Plotseling herinnert men zich alles; en de dronkaard, die niet weet wat sedert vier-en-twintig uren gebeurd is, behoeft slechts de oogen te openen om geheel op de hoogte te zijn. Het verstand komt met een plotselinge helderheid terug; de nevel der dronkenschap, een soort van damp die de hersens benevelde, verdwijnt, en maakt plaats voor de juiste opvatting der werkelijkheid.
Ongelukkig voor ons en zeer nadeelig voor onze onderneming, trok de mist, die al twee dagen duurde, maar niet op. De lucht, of wat men in Londen de lucht noemt, bestond uit een oranjeachtigen nevel en in de straten hing eene soort van grijzen damp, die belette, dat men verder dan een paar schreden voor zich uit kon zien.
Zoo kort nog maar aan het kruis, en nu reeds stervende? De tijding ging van mond tot mond, toen werd alles stil. De wind ging liggen, een verstikkende damp vervulde de lucht, bij de duisternis kwam nog die benauwende hitte. Daar hoorde men op eens van het kruis de droeve, ach, zoo droeve klacht: Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten? De stem schrikte allen op, die haar hoorden.
Een damp dreef rustig op de oppervlakte van het water in golvende sluiers en zweefde door de lucht als een fijne wolk, die langzamerhand uiteenrafelde en zich oploste in het etherische licht van den morgen. Naarmate wij dichterbij kwamen, ontdeed de stad zich van haar sluiers, om forsch en frisch, maar dor en koud, tevens het heldere zonlicht op te vangen.
Eens reed de koetsier verkeerd en moest hij den halven mijl terugrijden. Damp steeg van het paard op, terwijl het ploeterde door de plassen. De raampjes van den hansom waren beslagen als met een waas van grijs flanel. De ziel te genezen door de zinnen, de zinnen door de ziel! Hoe zongen die woorden in zijne ooren! Waarlijk zijne ziel was ziek, tot stervens toe.
Voordat de Pelgrim door het tegenbrassen der zeilen nagenoeg onbeweeglijk was geworden, had men hem iets dichter bij de plaats gebracht waar de walvisch door het uitwerpen van damp en water zijn tegenwoordigheid bleef te kennen geven.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek