Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 30 juni 2025


"Maak dat eens even een beetje schoon," zei mevrouw d'Ablong met een blik naar het drijvende stroompje, dat hoe langer hoe breeder werd. "Je kunt meteen de borden wel wegnemen." Dina gehoorzaamde handig en vlug, terwijl Elsje met een kleur van agitatie weer aan haar soep begon.

"Er is heel goed bericht tante," zei Frits, "ik kom u Elsje zelf brengen," en een oogenblik later stond hij met Elsje, die er doodsbleek en zeer bevreesd uitzag, voor Miss Piper en Mevrouw d'Ablong. "O tante, tante," riep het arme kind, "het spijt me zoo vreeselijk! Het spijt me zoo vreeselijk! Hier zijn ze weer!

"Ziezoo, eindelijk klaar," zei mevrouw d'Ablong met een zucht. "Ga nu eens even daar staan, kind onder het gas, dat ik goed kan zien hoe alles zit." Met een akelig ongemakkelijk gevoel, alsof al hare kleeren van haar af moesten zakken en alsof heur haar heel slordig zat net of ze pas uit bed kwam en het heerlijk stevige vlechtje nog maken moest liep Elsje naar het midden der kamer.

Met groote hartelijkheid sprak zij met haar over den dood harer grootmoeder en met geduld hielp zij haar aan het handwerk, een reusachtig stuk tapisserie, waaraan mevrouw d'Ablong wenschte dat Elsje een gedeelte van haar vrijen tijd zou wijden.

"O ja zeker, zeker, levendigheid is goed, maar luidruchtigheid kan ijselijk burgerlijk zijn," antwoordde mevrouw d'Ablong zeer beslist. Zij zou reden hebben zich nog meer te ergeren aan Elsje's gemis aan aristocratische bedaardheid. Tot groote teleurstelling van Elsje, ging men in de zomervacantie niet bij grootmama logeeren.

"O ja tante, ja," riep het jonge meisje uit met een dankbaren blik. "U bent zoo goed voor me en zoo lief." "Niet altijd," zei mevrouw d'Ablong met zulk een glans van teederheid in de donkere oogen, dat Elsje er aangedaan van werd, de armen om haar hals sloeg en zeide: "Ik houd toch zooveel van u, tante." "Zóóveel?" vroeg mevrouw d'Ablong glimlachend. "Meer dan van iemand op de wereld, Elsje?"

Ze moest den weg vooral onthouden, maar o, wat was het heerlijk, heerlijk om de frissche lucht weer in te ademen! Zij had een gevoel alsof ze in geen dagen buiten was geweest. Met volle teugen dronk ze de lucht in en keek vroolijk rond. Het huis van mevrouw d'Ablong stond op een stille, deftige gracht.

Ik vind het heel verdrietig dat je je nog zoo weinig weet te gedragen," zei mevrouw d'Ablong. Elsje stond op, waarbij eenige scherven van haar jurk afvielen op den grond. Zij raapte ze snel op. "Ga nu terstond kind, en laat die dingen liggen." Met een bedroefd gezicht en met een haastigen, teleurgestelden blik naar den podding, dien ze nu in 't geheel niet zou proeven, ging Elsje de kamer uit.

"Neem dat bord weg, Dina; ik begrijp niet, waarom je van middag zoo langzaam bent." "Maar ik heb het nog niet heelemaal op, tante," zei Elsje, om het dienstmeisje te verontschuldigen. "Neem dat bord weg," herhaalde mevrouw d'Ablong streng tot Dina, "en geef de jongejuffrouw een ander mes en een andere vork je hadt moeten zien dat deze geheel nat zijn."

Maar evenmin als den avond te voren stoorde Elsje zich nu aan de blikken der voorbijgangers; zij liep voort, voort, tot ze eindelijk geheel buiten adem op de stoep stond van het huis van mevrouw d'Ablong. De kruidenier had aangeboden haar thuis te brengen, maar zij had zijn aanbod afgeslagen, overtuigd dat zij veel vlugger zou kunnen loopen als ze alleen was.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek