United States or Bahamas ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Bonjour, mon oncle Belzemien! Bonjour, mon oncle Coben! Bonjour, mon oncle Constant!" en wanneer Cordúla niet te dicht in de buurt was, schoten zij ijlings toe en kregen ieder door het raam een frisschen ochtendzoen, die dan door heel hun lichaam als het ware suisde en duizelde.

Nog ne kier mee heur uitrijen?" Standje wist eigenlijk wél 't een en ander, hij had verschillende plannen in zijn hoofd, maar Belzemien en Coben moesten 't helpen goedkeuren, en hem desnoods verdedigen, tegen vermoede dwarsboomerij vanwege Cordúla. Zwijgend ondervragend keek hij even naar zijn broeders op, die hem ook even, vaag-wantrouwig, ondervragend aankeken.

Hawèl-e-wel-e-wel! Hawèl-e-wel-e-wel!" riep Belzemien, die door geen andere woorden zijn stormachtige gevoelens scheen te kunnen uiten. Coben stond als 't ware stom ten gronde vastgegroeid, het halfgepelde wilgenstokje trillend in zijn zenuwachtig-sidderende handen. Kom, zei Standje. En met plotselingen moed liet hij zich van den oever glijden. Brrr! rilde hij, ondanks het water haast lauw was.

Ha, da zal wel, e-woar?" meenden Belzemien en Standje. Coben, roerloos en zwijgend, stond zenuwachtig te sidderen, alsof hij de zaak nog niet heel duidelijk begreep. Joa moar, veur hoe lank?" vorschte de zuster, op nijdigen, bijna agressieven toon. Voor hoe lang!... Ja, wie kon dat vooruit zeggen?

Ha!... 't e... 't e... 't e... 't es verdeeke keulzoad!" stotterde Coben onthutst. En eensklaps begon hij onbedaarlijk te lachen, omdat Leontientje, in baar onwetendheid, bloeiende koolzaadtakken als Sieraadbloemen had geplukt.

Haar heldere, blauwe oogen kruisten den ondeugenden spotblik van Standje en zagen de ietwat verbouwereerde uitdrukking op het gelaat van Belzemien en Coben. En zij begon gedempt te lachen, met kleine, korte, ingehouden schokjes, terwijl zij, met een warmere kleur over haar wangen, den blik weer op het eitje vestigend, gegeneerd stamelde: Mais mon oncle tout de même... comme vous êtes drôle...!

"Hou hou, Belleken, hou hou, Belleken!" suste Standje bezorgd, onder de ietwat spottende blikken en grappige opmerkingen van een paar toeschouwers; en 't begon hem wel wat te spijten dat hij niet in plaats van de hitsige merrie, den kalmen, grijzen ruin genomen had, zooals Belzemien en Coben hem hadden geraden.

Owie, owie, peud-êder," glimlachte Belzemien met fijn knippende oogjes. Ma tante, mon oncle Belzemien, mon oncle Coben, merci bien, mille fois merci, et

Coben knikte goedkeurend, maar Belzemien en Standje keken elkander aarzelend-ondervragend aan. Zij waren allen wel een beetje bang voor Cordúla en durfden haar binnenshuis-autoriteit niet best trotseeren. Joawel, joawel,...moar hoe verstoaje dat... mee 't eten, bij veurbeeld?" vroeg eindelijk Belzemien, met een scherpe flikkering zijner kleine oogjes. Mee 't eten?

Belzemien en Coben waren eenigszins van hun ontroering bijgekomen; Bruuntje, Leonie en Pierken waren weer, onder den invloed van verschillende en afwisselende gevoelens, naar hun werk; en Leontine en Standje verschenen opnieuw, als gewone menschen in hun dagelijksche kleeding in den boomgaard, toen eensklaps, in de zachte, warme, stille lucht, wijd over de rust der weelderige lentevelden, een ver en traag klokkengetamp weergalmde.