Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Zoodoende gebeurde het dat wie ter wereld het woord ELIA niet kende, er nimmer in slagen zou de geldkist van de familie Cascabel open te krijgen. Na een half uur kwamen de kinderen terug met mondkost beladen.
Hij verwijderde zich een oogenblik en kwam terug met den gordel, waarin al het geld was dat de gewonde bij zich had gehad. Nu het zoo gelegen is, mijne vrienden, wilt gij toch wel eenig geld van mij wilt aannemen..... In geenen deele, mijnheer Sergius, antwoordde Cascabel. Ik wil volstrekt niet, dat gij ons helpt ten koste misschien van u zelven. Verkiest gij dus niet met mij te deelen?
Helaas, zuchtte Cascabel, terwijl hij wanhopig zijne handen ten hemel hief, ik zie nu hoe roekeloos ik geweest ben met deze reis te ondernemen! Dit was zeker de manier niet om naar Europa terugtekeeren. Toch moet gij den moed niet verliezen, mijn vriend, trachtte Sergius hem te troosten.
Die naam was bekend, ja vermaard in alle vijf werelddeelen, »en in andere plaatsen«, was de man gewoon te zeggen die de eer had hem te dragen. Cesar Cascabel was afkomstig uit Pontorson in het hart van Normandië, en al de gauwigheid, al de slimme streken, door welke het Normandische ras beroemd is, waren hem eigen.
Dit waren de bewoordingen waarmede mijnheer Cascabel gewoon was zijne echtgenoote aan het publiek voor te stellen. Nu twintig jaar geleden was hij te New-York met haar in het huwelijk getreden. Of hij er aan gedacht had de toestemming van zijnen vader te vragen vóór dat hij tot dien stap overging?
Cornelia had wel voorspeld dat hij niet vóór den nacht of in elk geval laat in den avond zich op straat zou wagen, als niemand hem herkennen kon; maar het was toch alweer laat genoeg om aan zijne komst te gaan twijfelen. Hij zal dus niet eens onze eerste voorstelling met zijne tegenwoordigheid opluisteren, zeide Cascabel bij zichzelf.
Nagenoeg twintig mijlen, vader. Twintig mijlen! merkte moeder Cascabel op. 't Is maar een sloot, Cornelia, niet veel meer ten minste. Nu ja, een sloot, maar dan toch een breede. Een sloot, zeg ik. Bovendien Jan, vriest die Behringstraat in den winter niet dicht? Heelemaal vader. Gedurende vier of vijf maanden is het niets dan een groot ijsveld. Prachtig! over het ijs te trekken is geen bezwaar.
Jan zocht nu in den atlas de algemeene kaart van Azië op en Cascabel bekeek die met aandacht. Dat ziet er niet kwaad uit, merkte hij op. Er zijn geloof ik niet veel onbewoonde landen daar in Azië? Niet heel veel, vader. Maar waar ligt nu Europa? Hier, antwoordde Jan, terwijl hij met zijnen vinger op het Oeralgebergte wees.
Telkens als Cesar Cascabel dat moest aanzien vloekte hij in éénen adem door tegen het dievengespuis, dat zijne kleederen droeg en de muziekinstrumenten misschien voor altijd onbruikbaar maken zou. Bandieten! Hondsvotten! schold hij, en zelfs Sergius zag geen kans hem tot bedaren te brengen. Daar kwam nog bij dat de toestand op den duur ondragelijk begon te worden.
Dat zou dan de brug wezen, die Cascabel wenschte dat er gemaakt zou worden, of liever een landtong, waarover men van het eene werelddeel naar het andere komen kon. Voor het reizigersverkeer zou dit wel nuttig wezen, maar de scheepvaart zou er slecht mede gediend zijn want de walvischvaarders zouden niet meer in de Noordelijke IJszee kunnen komen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek