Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juli 2025


Glad is de ijskorst van den winter, die den rug der waatren dekt, En den helder-blaauwen hemel tot een blanken spiegel strekt; Maar wie meldt het, wat daaronder in den schoot dier waatren huist? Wat er in de donkre diepte langs den bodem woelt en bruist? Feest is 't op den Ammersode, schoon geen dartel looffestoen Poort of brug omzwiert met bloemen, nis noch zuil met lachend groen.

En een neefje, dat een groote zaag naar Naälin brengt. De bergen trekken wij in. Heel groot en heel verlaten. De wilde winterregens zijn nog niet gevallen. En de wadi, waarin des winters het water bruist is nog droog. Daardoor trekken wij heen. En dan de smalle rotspaden op, waar paard en ezel voorzichtig de pooten zetten en toch nog dikwijls glijden van de gladde steenen. Rijden één achter één.

De Middellandsche Zee is, in vergelijking van de uitgestrektheid van den grooten Oceaan, slechts een meer, maar een meer, welks water grillig en veranderlijk is in den hoogsten graad: heden is het kalm en kabbelt het zachtkens tegen de ranke kiel eener kleine boot, dan weer woedt het en bruist het op door de stormwinden gegeeseld, zoodat zelfs de sterkste schepen door de korte golven worden stuk geslagen.

Dit kasteel, omringd door hoogopgaand geboomte, hangt als het ware aan de rots en spiegelt zich in de hier 100 M. breede en 20 M. diepe rivier. Achter en iets boven het kasteel ontspringt een beekje, dat zich in den Tarn stort. Beneden voor het kasteel bruist een stroomversnelling, boven dreigen de rotsen zich neder te werpen en al het lager gelegene te verpletteren.

De bodem, waarop wij staan, is los puin, dat door de rivier wordt medegevoerd, en naast ons bruist het water, dat groote rotsblokken voortstuwt, die, als zij een versperring vormden, ons en ons kamp zouden kunnen doen medesleuren. Maar bij de gedachte, dat ons niet anders overblijft, dan op onze schreden terug te keeren, zinkt ons de moed in de schoenen, en wij schikken ons gelaten in ons lot.

Zij stralen, zooals ze deden toen ze nog pas vijf en twintig zomers gezien hadden. Een storm van aandoeningen, een stroom van warmte bruist haar door de ziel. Ze herinnert zich, dat hij haar eens de trap van 't terras heeft opgedragen.

Zij kwamen te Elephantine, waar de groote rivier bruist over de rotsen, die haar weg versperren; zij namen de slaapwekkende vrucht en met de snelheid van den wind brachten zij ze aan Ra. Vuurrood en scharlakenrood was de vrucht en het sap was rood als menschenbloed; en de boodschappers brachten ze naar Heliopolis, de stad van Ra.

JULIA. Hoe meer gij teug'len wilt, te feller vlamt het. Gij weet, het beekje glijdt met zacht gemurmel, En bruist, als 't wordt gestremd, onstuimig op; Maar als zijn schoone loop niet wordt gestuit, Dan maakt het zacht muziek met bonte steentjes, En groet met zoeten kus elk wieg'lend riet, Waarlangs de verre pelgrimstocht het voert.

Heel in de diepte van de kloof stuwt de hongaarsche Jiul, gevoed met de roemeensche rivier van dien naam, haar onstuimig water tusschen al de hindernissen door, die in de rotsachtige bedding in den weg komen. Nu eens in het nauw gebracht tusschen rotswanden, schuimt en bruist en springt de rivier voort; dan weer breidt zij zich rustig uit te midden van het groen, dat tot het water voortloopt.

Omstreeks dien zelfden tijd, terwijl de bezoekers van Monte-Carlo, die met den laatsten trein in Nice waren teruggekeerd, voorzeker reeds allen hun woning hadden bereikt, ging een jong man langzaam langs een der achterstraten van Nice naar de Place Grimaldi, een lommerrijk plantsoen, 't welk rust op bogen, waaronder de bergstroom voor een wijle in 't verborgen bruist.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek