United States or Germany ? Vote for the TOP Country of the Week !


Met dat heldere inzicht in de mysteriën van ziel en karakter, dat goed en kwaad als tegenoverliggende polen begrijpt; met zwaar pathos of met woesten humor of met padvindend vernuft toont de Engelsche profeet hem: hoe de eigenaardigheden van ons Ik zich te pletter botsen tegen het groote, ondoorgrondelijke Geheel.

Onder het botsen, in één woord, van een schuw en stil ideaal op het walgelijke eener werkelijkheid, die, nachtmerrie bij dag, zulk een geest bovenal van eene lompe en luidruchtige paardemarkt doet droomen.

Zulke bollen zullen niet met elkander kunnen zamensmelten, wegens de tegengestelde snelheden welke zij bezitten, wanneer zij tegen elkander botsen, en, bij het aphelium gelegen, dan onder de overheerschende aantrekking van deszelfs eenen en dan onder die van deszelfs anderen buur komen en alzoo dan naar den een en dan naar den ander gaan, er achter om heen trekken en, door de werking der traagheid, vertragende ongeveer naar derzelver vorige plaatsen terugkeeren.

»Alle duivels!" schreeuwde Michel Ardan, »de beide treinen zullen op elkander botsen. Instinctmatig waren de reizigers achteruit geweken. Zij waren hevig beangst; maar dat duurde niet lang, nauwelijks eenige seconden.

De regen, die met steeds meer geweld op het dak der tenten kletterde, deed ons denken aan den toestand der rivier, die dus ook steeds bleef wassen, en waarin wij het doffe tegen elkander botsen hoorden van de steenen, die het woest geweld van den stroom losrukte van den oever.

Botsen op Vanhoutte? en hij trok hoog de wenkbrauwen die lijk borstels, donker boven de oogputten rondden: Wat scheelt mij Vanhoutte? voor wien moet ik uit mijnen weg? 't is dertig jaar dat we geen dag gemist hebben! De straat blijft vrij en als ik maar mijn geld afgeef, wat doet Vanhoutte daar tusschen? O, mij goed, verschoonde de boerin.

Het was al tamelijk laat in den avond, toen de omnibus van het station, na veel hotsen en botsen, mij door zijn stilstaan te beduiden gaf dat ik mij bevond aan de deur mijner bestemming: de deur, of liever de poort, van het wijdvermaarde Rothe Haus te Trier. Ik stapte uit.

Onophoudelijk werken zij mede tot de vernieling der kusten. Duidelijk komt dit uit aan de kusten van den Atlantischen Oceaan. Bij donkeren hemel en hevigen wind, ziet men het heir der schuimende golven uit de zee opkomen en de rotsen beuken. Zij storten vooruit, botsen tegen elkander, werpen zich met blinde woede op de klippen.

Naar Heist stappend, langs het duin, hoorde hij de woedende baren der zee, die schuimend kwamen botsen op de kust, met een gedruisch als van den donder, en den wind, die uit Engeland woei en die huilde in het want van de gestrande schuiten. Een schipper zei tot hem: Die kwade wind doet ons nadeel. Verleden nacht was de zee kalm, doch na zonsopgang rees zij eensklaps woedend omhoog.

Verder zegt hij dat deze klier op even zooveel verschillende wijzen in de hersenen slingert als de dierlijke geesten tegen haar aan kunnen botsen en dat zij bovendien evenveel verschillende indrukken ontvangt als er uitwendige voorwerpen zijn welke die dierlijke geesten tegen haar aan drijven.