United States or Åland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen kwam er een ander, die wou mij een papier laten teekenen; maar ik smeet het wat deftig over de tafel heen: waarop er een was, die mij te lijf wou: maar ik gaf hem een muilpeer, dat hij naar de tweede niet vroeg. Toen vielen zij allemaal op mij aan; en bonden mij en smeten mij in een hok, waar ik tijd had om uit te slapen.

De Opzichter deezer Plantagie was een Jood, genaamd SCHOULTS, die het bevoorens op Fauconberg geweest was. De muitelingen verscheenen aldaar eensklaps, en maakten 'er zig meester van, zy bonden SCHOULTS, plonderden het huis, en begaven zig tot dansen, en het maken van goeden cier, alvoorens zy dagten om over hunnen gevangen te beschikken.

Ons paard bonden wij aan een boom en zonder geraas naderden wij de plaats, waar de roovers zaten. Zij spraken luid en dus was het ons gemakkelijk ons ongestoord van hun wapenen meester te maken, hen daarna te overvallen en neer te schieten.

Met nieuwen moed bukten, rukten, bonden zij, al pratend en zingend. De schrille neusstemmen der vrouwen galmden in fausset-klank tusschen 't zacht en puur gekweel der leeuwerikjes; de zware keelstemmen der mannen bromden mee in ondertoon.

Toen verborg hij zich, in de gedaante van een zalm, onder een schitterenden waterval. Maar de Asen vingen hem en bonden hem met stevige strengen, die ze uit de ingewanden van Narwe, zijn zoon, hadden gedraaid. Skadi nam een giftige slang en hing die boven het hoofd van Loge, zoodat er steeds gif op hem druipen moest.

Wij bonden hem een riem om den hals en den schouder, waarbij hij geweldig tegenspartelde, een luchtsprong deed, herhaaldelijk op mij toeschoof en met zijn neus krachtig tegen mijn knie bokste. Toen hij vastgelegd was, begon hij tot bedaren te komen; maar werd dadelijk weer wild, zoodra er menschen of Honden in zijn nabijheid kwamen.

De leiding van het voetbal is hier zooals ieder weet, buiten de gedeeltelijke hoofdleiding van den Nederlandschen Voetbalbond en plaatselijke en gewestelijke bonden, in handen van de vereenigingen.

En even later verschenen de twee mannen, met wie hij al van zijne vroegste jeugd af trouwe vrienden was geweest, namelijk Piet van Dril, de smid, en Jan Vos, de metselaar. In de tent van Mietje bonden zij de schaatsen onder. Dik trakteerde eenige jongens, die dicht in de nabijheid stonden, op dikke Pieten, en even later zwierde het drietal lustig over de baan.

Met eene verwonderlijke vlugheid sloop de oude man door het vertrek rond en keek in alle boeken en gaten. Geen kast, zelfs niet de slaapplaats van Coenraad, bleef ondoorzocht. Intusschen waren de jongelieden bezig, den dronken Coenraad aan handen en voeten te binden. Ook bonden zij hem een doek voor den mond, om hem het schreeuwen te beletten.

Daarna zei Robur, terwijl hij de schouders optrok: "Geef hem een eindje, Tom." Torn Turner begreep die weinige woorden. Frycollin werd uit zijn hut gehaald. Of de neger ook al schreeuwde, alsof hij geslacht werd, daaraan stoorde zich niemand. De manschappen van Tom Turner grepen hem en bonden hem in eene balie, eene soort tobbe, die zij aan het uiteinde van een kabel vastmaakten.