Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juli 2025
Het gesprek was bijzonder levendig en tante Polly zeide: "Ik zal niet ontkennen, Tom, dat ik het nogal grappig van je vond, om de gansche stad eene week lang te laten treuren, terwijl jelui pleizier maakten; maar ik kan mij niet begrijpen, hoe je zoo ongevoelig kondt zijn, om mij zoo lang in de benauwdheid te laten.
In zulk eene benauwdheid heeft het hart geene tranen; het laat alleen bloed droppelen en bloedt in stilte ledig. Zij nam een stukje papier en schreef daarop haastig met potlood: "O, Mevrouw, lieve meesteres! houd mij niet voor ondankbaar denk toch niet hard over mij. Ik heb alles gehoord wat gij en de meester van avond gezegd hebt.
Zij, vol angst en benauwdheid, stak hare twee handen vooruit, alsof zij deze akelige verschijning van zich wilde weren; maar de dokter ontsloot zijne vuist, sloeg zijne hand aan haren pols, neep dien te pletten en sprak met eene ijselijke stem: «Uw vader gaat sterven, misdadig kind! Gij hebt hem vermoord!»
Zij werd toen veroordeeld, om levenslang hare zonden te beweenen en in den kerker het brood der smarte en het water der benauwdheid te nuttigen. Men gaf haar vrouwenkleederen en gebood haar, nooit meer hare manskleeren aan te trekken, welke echter in een zak gepakt in hare gevangenis bleven liggen.
"Meester," antwoordde Geeraert, "uw woorden bedroeven mij, ik vrees de dood geenszins; maar mijn vrouw, mijn arme kinderen blijven hier aan alle onheilen blootgesteld. De schrik en de benauwdheid maken hen ziek, zij wenen en bidden de ganse dag, en de nacht geeft hun geen krachten weder: kondet gij zien hoe bleek zij zijn!
"Daar! daar ligt de kan!" riep de waardinne met benauwdheid en gramschap, terwijl zij den steenen pot op den grond aan stukken wierp. "Kan ik daar aan doen, dat dit galgekind in eens eerlijken mans huis komt?" En zich tot Geeraart keerende: "Gaat gij uit mijn huis gaan, schelm? Menschenpijniger! Vertrekt gij nog niet, beulenras?"
Weinig reizigers misschien hebben grooter moeielijkheden en benauwdheid doorgemaakt, dan waar ik in was in dit angstig oogenblik, ieder oogenblik verwachtende mijn doos te zien stukslaan of tenminste, door den eersten hevigen rukwind, of een hooge golf, omvergooien.
Hij bloosde rijzekens en sprong verlegen op een aankomende tram. Ze had er nu medelijden mee, met dien grooten lummel en lachte met zijne plotselinge benauwdheid. 't Was haar een onnoozel vermaakje geweest; ze dacht er aan, lijk aan een piepken-duik-spel van kleine kinderen. Ze herinnerde zich flauw zijn scherp gelaat, omschaduwd met donkere knevels en een vierkanten baard.
"Hij is naar u gaan zoeken, op het kasteel, in de velden, in het bosch. Hij zal mij nog van benauwdheid doen sterven met zijne dwaasheden. Daar is uw ontbijt, mijnheer, denk niet meer aan onze gekke vrees." De jongeling begon de koffie te nuttigen en at langzaam het brood en de eieren, die hem waren voorgezet.
Ik wil in vliegende vaart naar het kasteel van den hertog rijden, dat dichtbij ligt, en wil volk roepen, om u uit den afgrond op te trekken, waarin uwe zonden u zeker hebben doen neerstorten." "Zoo gij gaan wilt, edele heer, blijf dan maar niet staan leuteren," antwoordde Sancho uit de diepte. "Ik ben hier als bij levenden lijve begraven en kom om van angst en benauwdheid."
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek