Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 juli 2025


De ongelukkige kerel had heelemaal geen opvoeding gehad en de inlanders leerden hem gauw kennen. Voor hen is een Spanjaard die niet lezen of schrijven kan een fenomeen. Overal werd hij voor den gek gehouden: hij betaalde de belasting die hij inde, met beleedigingen, en hij besefte dat hij een voorwerp van spot was. Dit maakte zijn karakter, dat al vanzelf ruw en boosaardig was, nog erger.

Alleen door vrees had de landvoogdes zich tot deze toegevendheid jegens den volkswensch laten overhalen; zij verklaarde dit zelve in een brief, dien zij terstond aan Philips II schreef; zij nam God tot getuige, dat zij daartegen zich zoolang mogelijk verzet had, en dat zij eerst, toen zij door het volk in haar paleis belegerd en schier eene gevangene was, toen zij, ziek naar lichaam en geest, niet meer wist wat zij doen moest, den geuzen vergiffenis en den ketters vrijheid van godsdienst toegestaan had; dat al deze beloften echter niet de minste waarde hadden, voordat ze door den koning bekrachtigd waren, dewijl zij slechts in haren eigenen, niet in des konings naam gehandeld had; dat Philips dus door niets gebonden was en dat zij van ganscher harte hoopte, dat Philips zich om het door haar gegeven woord niet bekommeren, maar in persoon naar de Nederlanden komen zou, om de beleedigingen, der heilige kerk door de ketters aangedaan, bloedig te wreken; slechts deze hoop zoo eindigde zij hield haar in het leven en behoedde haar voor vertwijfeling.

Maar toen zijn fonkelende oogen zich vruchteloos nu her- dan derwaarts hadden gewend, en hij nergens iemand ontdekte, vaardig om het woord te nemen, rees hij op en drukte zijn meening in de navolgende bewoordingen uit: "Friezen! ik doe, met u, hulde aan de voortreffelijke wijze, waarop de edele Aylva den toestand van ons vaderland heeft geschilderd: hij heeft ons onthaal bij dien trotschen Graaf en de beleedigingen, daar ondervonden, en het leed, dat ons nog te wachten staat, in heldere trekken afgemaald; maar indien ik, indien gij geroepen zijt, om hier alleen te beslissen, hoe men 's Graven vriendschap en den vrede zal kunnen bewaren, en te gelijk onze onafhankelijkheid, dat kostbaar erfdeel onzer vaderen, dan verklaar ik ronduit, dat men ons evengoed had kunnen verzamelen om de vraag op te lossen, hoe wij zonder dijk of dam den springvloed zouden kunnen beteugelen.

In den loop van den volgenden dag kwam Mimi haar "boeltje" halen. Rodolphe was thuis en alleen. Hij moest op dat oogenblik al zijn zelfrespect te hulp roepen, om zijn maîtresse niet om de hals te vallen. Hij ontving haar met zwijgende, stille beleedigingen, welke zij met dien kouden scherpen toon beantwoordde, die zelfs de zwakste en meest bedeesde naturen buiten zich zelf doet geraken.

Dit zijn treurige dagen, want zelfs in dezen waanzin is immer een zekere hoeveelheid recht; er ligt zelfmoord in dit tweegevecht, en deze woorden, janhagel, kanalje, ochlocratie, gepeupel, die beleedigingen willen zijn, bewijzen, helaas! veeleer de schuld van hen die regeeren, dan de schuld van hen die lijden; veeleer de schuld der bevoorrechten, dan die der onterfden.

Kon men zulke beleedigingen in gemoede ongestraft laten! Neen, dat kon niet! Men zou geen Amerikaansch bloed in de aderen moeten hebben! Nakomelingen van den roemrijken Americus Vespucius voor Jocrisse uit te schelden! Dat was eene beleediging, die onvergeeflijk was, daar zij toch eenigermate doel had getroffen. "Niets kwetst meer dan waarheid," zegt een oud spreekwoord.

Ik dacht aan mijn veelbewogen verleden, en mijn droeve, door de herinnering aan ongewrokene beleedigingen gekwelde ziel vond geene rust, terwijl de Egyptische grijsaard aan mijne zijde, door het eentonig geluid der tegen het paardentuig bengelende klokjes, den gestadigen hoefslag der paarden en het ruischen van den stroom slaperig geworden, aan mijne zijde zachtkens ingedommeld was.

Hij gevoelde een plotselingen aandrang, om zich thans, nu de gelegenheid daartoe schoon was, te wreken over al de beleedigingen, welke hij in de afgeloopen maanden had moeten verdragen. Met gevelde lans stoof hij Heer Key tegemoet, terwijl hij hem met luider stem toeriep: "Mijn diensttijd is voorbij, zooals gij zeer wel weet!

Later dongen zooveel jongelingen naar hare hand, dat Tyndareos haar aan niemand durfde geven, uit vrees dat onder de mededingers een geweldige strijd zoude ontstaan; op raad van Odysseus nam hij eindelijk allen den eed af, dat zij den uitverkorene niet zouden bestrijden, maar integendeel tegen aanvallen en beleedigingen zouden verdedigen.

"Zoo de hoofsche taal van den Graaf u verlokt heeft," zeide Adeelen: "zoo gij, mijne Heeren! al de beleedigingen, die ons hier worden aangedaan, als zoete koek gelieft op te eten, het is mij wel. Ik ben ongelukkigerwijze van een min gemakkelijken aard en zal niet rusten voordat ik den hoon gewroken heb, den Frieschen naam en mijn Madzy aangedaan."

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek