Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 oktober 2025


Maar wij vonden, dat Bavink en Hoyer makkelijk praten hadden, die konden wat, die konden laten zien hoe 't moest, maar wij, Bekker en Kees en ik, wij konden hoogstens "socialen" worden en dat leek toch wel wat erg armoedig, nadat je aan Gods tafel had gezeten, adressen te gaan schrijven voor drukwerk of lid te worden van de "vrije groep Kastanjeplein en omstreken."

Eere twee vrouwen, eere Agatha Deken en Elisabeth Bekker, die de behoeften des tijds begrepen en bevredigden, toen hooggeleerden nog een poespas zamenflansten, welks spelling huiveren doet.

Mevrouw Bekker velt een negatief oordeel over de Generale synode.

't Is minder ongezellig in het kantoor en het wordt er zelfs behaaglijk, als juffrouw Bekker, de huishoudster, met een blad, waarop bordjes met brood en kommen koffie staan, verschijnt.

Bekker schudde van nee. Maar Bavink en Hoyer schreeuwden, dat ze gezien hadden, dat er iets boven stond. Een burgerheer zei: "Opscheppers" tegen den man, die aan de deur z'n kaartje knipte. Bavink had 't papier te pakken, Wat stond er boven? Natuurlijk? "Aan haar." Dat had ik zóo wel geweten. Bavink vond dat er een schepje op de kachel moest, maar kon de kolenschep niet vinden.

Ik tuurde naar 't Bokharakleedje, dat voor den clubstoel lag en zag heel duidelijk de verlaten keien van de Linnaeusstraat en den hardsteenen trottoirband en de voeg, waar twee stukken daarvan tegen elkaar gezet waren en de klinkertjes van 't trottoir. En ik zag ons daar zitten in de zomernacht. Bavink en Bekker en Kees en Hoyer en mijzelf.

Eilieve! indien dat in hun bloed of in hunne zenuwen is, zullen zij het toch worden; zoo niet voor spoken, dan voor beesten, voor dieven, voor struikroovers. Eene kinderziel wil hare verschrikkingen hebben. Het wonderbaarlijke hoe verlokkelijk is het! Of is het uzelven niet een genoegen, spook- en wondergeschiedenissen te lezen! Ik voor mij lees Swedenborg liever dan Balthazar Bekker.

In Februari nam hij een middag vrij om haar op te wachten, als de school uitging. Daar stond-i op 't stille grachtje in de sneeuw en een vent reed voorbij op een wit paard, met een blauwe kiel aan en een stroohoed op. Wat raar dat je juist op zoo'n middag zoo iets geks moet zien. Maar om vijf minuten voor vieren ging Bekker weg, hij dorst niet te blijven staan.

Een weinig drank had de weemoed en de somberheid verdreven. Een nieuwe tijd zou aanbreken. Bekker zou in de eenzaamheid van zijn Duitsche kosthuis Dante vertalen, zooals nog nooit iemand 't gedaan had. Bavink had een groot doek in z'n hoofd, een gezicht op Rhenen, hij was daar eens een dag geweest, duidelijk zag hij alles voor zich.

Buiten scheen de lentezon in de troostelooze straat. Mijn God, hoe kon zoo'n straat bestaan. 't Meisje in de tram had ik vast niet mogen zoenen, maar zoo'n straat mocht bestaan. Dat mocht. Op een van de grachten was 't. Ik stond op de stoep en las: "P. Bekker, Agentuur en Commissiehandel." Ik schelde en wachtte. 't Duurde nog al lang.

Woord Van De Dag

palaemon

Anderen Op Zoek