Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
"De Heer van Beaumont verlangt u te spreken, Freule!" zeide hij tot Madzy. Deze gevoelde op die taal een trilling, welke haar geheele gestel in beweging bracht, en werktuiglijk volgde zij, aan den arm harer geleidster, den bode van Beaumont.
Nieuwe gedachten bevat het "Antwoord aan Monseigneur de Beaumont" weinig. Dit was ook natuurlijk: Rousseau had immers zelf verklaard zijn gedachten over de verhouding van den mensch tot god en de verhoudingen der menschen tot elkander in hoofdzaak te hebben uitgesproken.
"De tijd veroorloofde mij niet, die te vragen," antwoordde Beaumont: "en al had ik tijd gehad, ik had nog gezwegen, uit vrees, dat u zelven de lust mocht bekropen hebben, een lans te breken.
Hij zelf was echter met Beaumont, Naaldwijk, Teylingen en Walcourt op het jachthuis gebleven en had er den avond in gewichtige beraadslagingen doorgebracht, het oogmerk hebbende, om den dag daar aan, na alles verricht te hebben, wat nog te doen stond, zich naar 's-Hage te begeven. Hiertoe behoorde in de eerste plaats het antwoord, dat hij nog aan de Friesche afgevaardigden schuldig was.
De Wapenkoning zond hierop een zijner Herauten af naar Beaumont, om den vrijen intocht te verzoeken voor de Edele Ridders, die hun werd toegestaan: ten gevolge waarvan zij binnenreden, en zich terstond oost- en westwaarts in twee partijen verdeelden.
Niet ver van den weg aan de linkerhand, zag ik op eene hoogte de overblijfsels van een Kasteel, dat aanmerkelijk moet geweest zijn, zijnde nog heden een groot en hoog gebouw; men zei mij, dat het la Tour de Beaumont genaamd was, en dat men hetzelve op een' afstand van 22 uren zien kon.
Terstond liet Beaumont eenige krijgsknechten aantreden en gaf hun last zich met geweld een ingang te banen. Spoedig werden er eenige bijlen geheven; maar de planken der eikehouten deur waren zoo dik en zoo dicht met nagels en spijkers beslagen, dat de slagen, welke er op gegeven werden, haar minder nadeel deden, dan aan de werktuigen, tot hare verbrijzeling gebezigd.
"Het onthaal was gul en vroolijk," antwoordde Aylva: "en men moet der jeugd zoowat toegeven; doch wanneer men denkt een ouden gediende, als ik ben, beet te hebben, bedriegt men zich." "De grap was niet oorspronkelijk tegen u gericht," zeide Beaumont: "en ik kan u betuigen, dat er geen opzet tot beleedigen bestaat."
Het vredeverdrag werd gesloten met de Edele en Aanzienlijke Mannen, Heer Willem, Hertog van Beijeren, Graaf van Holland, Zeeland en West-Friesland en Heer Jan van Beaumont, benevens de Ridderschap, Steden, overige Ingezetenen der voorzeide Landen, door de Prelaten, Grietmannen, Hovelingen en de geheele Gemeente der Landen van Oostergo en Westergo.
Hoe jong nog, reeds vroeg gaven zij blijken van dapperheid, en verworven zich de vriendschap van den Henegouwer. In een der aan de Saracenen geleverde gevechten bekwam Carlo della Scala een doodelijke wonde. Zijn einde voelende naderen, riep hij Beaumont en de beide jongelingen aan het ziekbed, waarop hij lag uitgestrekt, en deelde hun de volgende omstandigheden mede.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek