Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juli 2025


De Graaf hoorde deze toespraak aan, zonder den Fries in de rede te vallen en zonder eenig blijk van ongeduld te geven, dan dat hij op den knop van zijn wandelstok beet, een bezigheid, waarmede hij voortging toen Aylva gesproken had, zonder dezen eenig antwoord op zijn rede te geven. Aylva was dan ook gereed met een buiging verlof te nemen, toen Beaumont tusschen beiden trad en hem weerhield.

Geen deelgenoot van die gruwelen willende zijn, en buiten staat die te beletten, was de Olderman teruggetreden, met het voornemen om te gaan zien hoe het met Beaumont en de zijnen afliep, toen hem vader Syard op zijde kwam, met den angst op het gelaat geschilderd. "Om Gods wil!" zeide de monnik: "mijn Heer van Aylva! hebt gij Ridder Deodaat ook ergens in 't gedrang opgemerkt?"

Maar de Graaf had deze schampere taal niet meer gehoord: zich zonder verdere groete omwendende, had hij met de zijnen het vertrek verlaten. In 't heengaan echter kon Beaumont niet nalaten, de hand van Aylva te drukken: "helaas!" fluisterde hij hem in: "wat ik gevreesd heb is bewaarheid geworden: de breuk is onherstelbaar: en zoo wij elkaar terugzien, zal het niet dan op het slagveld zijn."

Het was inderdaad Beaumont, die, met eenige schepen, reeds in het begin van den storm de vloot vooruit was geraakt en met het vallen van den nacht voor Stavoren was gekomen, van meening om naar Norwert te stevenen, hetwelk hij in de verte branden zag.

Mijn oom Lidenbrock had, in overeenstemming met de groote meerderheid der geologen, staande gehouden, getwist en geredeneerd, terwijl de Beaumont met zijne meening genoegzaam alleen was blijven staan. Wij kenden deze zaak in al hare bijzonderheden, maar wisten niet, dat het onderwerp na ons vertrek opnieuw ter sprake was gekomen.

Treslong ging hen te gemoet en wisselde eenige woorden met hen, welke door de Gravin met koele deftigheid en door haar geleider met een bedenkelijk hoofdschudden werden aangehoord. Aylva had insgelijks een schrede vooruit gedaan, toen hij in den nieuw aangekomen edelman den Heer van Beaumont herkende, met welken hij voor vijf en twintig jaren meer dan één wapentocht gedaan had.

Intusschen, hoe kan de Graaf den Abt en mij zulks ten kwade duiden, daar wij terstond iemand naar den Vogelesang gezonden hebben, om den Grave bericht te geven van het voorgevallene." "Wij hebben niemand gezien," zeide Teylingen. "Deze knaap heeft mij echter gezegd," zeide Aylva, op Feiko wijzende, die hem volgde, "dat hij den Heer van Beaumont had gesproken."

"Zonderling! maar dewijl hij toch gevlucht is, mag ik lijden, dat men hem niet terugvange; want hij heeft mij altijd trouw gediend en het zou mij spijten, indien hij om een driftig oogenblik zijn leven verbeuren moest. Verzoek den Heer van Beaumont bij mij te komen."

Anderen droegen balken en palen, waarmede zij als met stormrammen op de achterhoede van Beaumont indrongen en de slagorde verbraken.

Stil!" zeide Beaumont: "wat ik deed heb ik voor de eer van ons huis gedaan; maar niemand behoeft immers te weten, dat ik als een jonge spring-in-'t-veld mijn grijzen kop tegen het haar- en hersenlooze hoofd van dien Fries gewaagd heb!" En met deze woorden steeg hij te paard, met oogmerk om zich aan de oogen der menigte te onttrekken.

Woord Van De Dag

dompelende

Anderen Op Zoek