Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


"Het onthaal was gul en vroolijk," antwoordde Aylva: "en men moet der jeugd zoowat toegeven; doch wanneer men denkt een ouden gediende, als ik ben, beet te hebben, bedriegt men zich." "De grap was niet oorspronkelijk tegen u gericht," zeide Beaumont: "en ik kan u betuigen, dat er geen opzet tot beleedigen bestaat."

Laat hem maar loopen! Dat is een oud gediende!" En iedereen sprak van den ouden Frederik en zóó heeft zich, van lieverlede, in mijne vaderstad Stavenhagen, de overlevering verbreid, dat de oude onderofficier Frederik Schult eigenlijk den slag bij Leipzig gewonnen had; hij had aan zijn' overste, Warburg, gezegd, hoe 't gedaan moest worden, en die had het aan den adjudant van den ouden Blücher gezegd, en de oude Blücher had gezegd: "Frederik Schult heeft gelijk!"

De lage zaal doezelde weg naar den donkersten hoek: daar lagen, op de bedden, de banken, den vloer de Gallen en snorkten, doodmoê, dronken, dadelijk in diepsten slaap. Onder den sluier in haar kastje bleef de Groote Godin der bedelpriesters, eene bedelende als zij, eene onwaardig gediende, een arme vervallene, onzichtbaar.

Hij is een oud gediende, die eigenlijk als onderofficier met de chêvrons en de medaille van dertigjarigen dienst had moeten gepensionneerd zijn, ware hij niet, met de Willemsorde begiftigd, uit consideratie op zekeren dag tot luitenant benoemd, en uit gelijke oorzaak ten laatste met kapiteinsrang gepensionneerd.

"Wel, luistert dan," zeide Lodewijk, zijn glas inschenkende, waarna hij zich, met de handen in de vestzakken, achterover in zijn stoel wierp en de houding aannam van een ouden gediende, die een treffelijke krijgsdaad gaat verhalen: "Gijlieden kent Jan Velters van de Leliegracht, die in de wandeling Jan Rijstenbrij wordt genoemd?"

"Gij kunt vrij lachen," zeide de speerman, die het eerst gesproken had, en wien een grijze baard en een verbrand, met een paar breede litteekens versierd gelaat als een ouden gediende leerde kennen: "er moet iets aan de voorposten gebeurd zijn: en ik geloof, dat ik wel zal doen, te handelen juist zooals die deerne het mij verzocht."

Deze zijn gedeeltelijk nog niet voldoende onderzocht en kunnen dus nog niet met zekerheid als goed omschreven soorten aangenomen worden. De sterke Indische Ever schuwt den strijd met den Tijger in 't geheel niet en komt niet zelden als overwinnaar van de kampplaats; trouwens alleen een zeer onervaren Tijger durft een strijd met zulk een oud gediende aan te binden.

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek